The Pervert’s Guide to Ideology (2012)
Holy smokes, wat een college was dát..! Gelukkig kon ik de Engelse import-DVD af en toe pauzeren, maar helaas bevatte die DVD geen ondertiteling, wat het college uiteindelijk toch best lastig maakte. Want de hoeveelheid informatie die de Sloveense socioloog, filosoof, psychoanalyticus en cultuurcritus Slavoj Žižek met z’n slissende stem over je uitstort is niet gering. Daarnaast is The Pervert’s Guide to Ideology een stuk ‘breder’ dan z’n voorloper The Pervert’s Guide to Cinema uit 2006, en ook al strookt z’n analytische aanpak niet 100% met mijn wens om film ook iets ‘magisch’ te laten zijn, die ‘kritiek’ laat ik hier met gemak varen. Want Žižek heeft er wederom voor gezorgd dat een flink aantal bekende films (en Beethovens Ode an die Freude) een interessante extra laag heeft gekregen…
Filosofie, of nie…?
Het belang van Žižeks filosofische bespiegelingen wordt op tal van Filosofie- of Wijsbegeerte-studies afgedaan als ietwat populair en bij vlagen ordinair gebrabbel, maar dat betekent niet dat hij flink wat van mijn persoonlijke ‘filosofieën’ beter weet te verwoorden dan ikzelf. Daarbij gebruikt hij ontzettend veel films om z’n standpunten te verduidelijken, van Jaws tot Titanic, van The Last Temptation of Christ tot Triumph des Willens en van Taxi Driver tot Seconds. En dan heb ik nog niet een vijfde van de films genoemd die voorbijkomen, verwacht ik. Dus in hoeverre hij de titel filosoof verdient weet ik niet, de titel van psychoanalytische film- en cultuurcriticus met een sterke drang om ons bewuster te maken van onze mogelijk onbewuste ideologische opvattingen des te meer.
“Capitalism has a strange religious structure“
En daar voelde ik af en toe eng veel overeenkomsten met enkele persoonlijke gedachtenspinsels. Zo ben ik namelijk erg benieuwd hoe we over zo’n honderd jaar terugkijken op onze huidige tijd. Op hoe wij in 2013 omgingen met onze zeer menselijke drang naar spiritualiteit en/of ideologie, in de decennia waarin we na de ver doorgevoerde ontzuiling weinig ‘richting’ meer aangereikt of opgelegd kregen en dus zelf ons pad moesten gaan zoeken hierin. Dat we ons kapitalistische systeem en economie als een nieuw soort ideologie zijn gaan beschouwen, waarvoor indirect echt wel mensen stierven omdat hulp aan deze mensen winstmaximalisatie in de weg stond, of – iets minder extreem – waarin tijdens rellen in Londen in 2011 het in elkaar slaan van mensen minder belangrijk leek dan het geplunder uit winkels: de tijd dat we economische schade boven menselijke schade stelden. Hoe denken we in bijvoorbeeld het jaar 2100 terug aan deze tijd, want dat dit een interessante tijd blijkt te zijn geweest, dat verwacht ik zeker…
Breder…
Oordeel overigens niet te snel en makkelijk door Žižek als een wat wereldvreemde communist neer te zetten. Ja, hij noemt zichzelf communist omdat hij het gemeenschappelijk belang boven dat van het individu plaatst, maar als dat de juiste definitie zou zijn, dan zou dat van veel mensen een communist maken. Maar zoals filosofie de vraag vaak belangrijker vindt dan een concreet antwoord, daar zie ik het belang van Žižek in het feit dat hij mij net weer anders na laat denken over waarom bijvoorbeeld Stanley Kubrick Ode an die Freude (a.k.a. Ode to Joy) gebruikte in A Clockwork Orange, maar ook waarom dat muziekstuk zowel ‘past’ als officiële hymne van de Europese Unie, maar het ook door de nazi’s en ook Stalin werd gebruikt. In de ogen van Žižek zit daar overigens een aparte misinterpretatie van Beethovens meesterwerk in, iets wat past bij de ongewone links die hij legt tussen bijvoorbeeld het Stalinisme en Coca Cola-commercials uit de jaren 80. En ik weet dat ik het mogelijk minder duidelijk uitleg, ik hoop dat je wel door hebt waarom ik The Pervert’s Guide to Ideology zo ontzettend interessant vind. Zeker ook omdat ik door hem nu zelfs op een vernieuwende manier naar ideologie zelf kijk. Hij geeft namelijk een behoorlijk cynische en zeker onverwachte verklaring voor bijvoorbeeld de reden achter de mogelijkheid voor katholieken om van hun zonden verlost te worden door te biechten, waarbij hij put uit o.a. The Sound of Music…
Op de set
Net als in The Pervert’s Guide to Cinema heeft Žižek zichzelf ook nu weer veelvuldig laten filmen op de sets van de films die hij bespreekt, alhoewel ik wel een paar keer ’t gevoel had dat ze het nagebouwd hadden. Het voelde af en toe iets minder authentiek aan dan in The Pervert’s Guide to Cinema (vooral die A Clockwork Orange– en Titanic-sets zagen er nep uit, alhoewel dat bij die laatste niet zo verwonderlijk is natuurlijk), maar het is op z’n minst verfrissend om hem op het bed van Taxi Drivers Travis Bickle niet alleen over The Taxi Driver (zoals hij de film noemt) te horen praten, maar ook hoe hij met een vrij kleine stap bij Hitlers nazi-Duitsland is aanbeland. En dan legt hij ook vrij snel een link met Anders Breivik, waarin hij flink wat nuance weet aan te brengen, maar ook enge links weet te leggen met tactieken die iemand als Geert W. gebruikt, die te handig inspeelt op een bepaalde gemakzucht bij mensen. En dat vertoont dan weer overeenkomsten met mijn ‘visie’ op het (te snel/sterk) hebben van meningen.
Final credits
Zoals je ziet, ik ratel nogal makkelijk teveel door over deze documentaire en z’n onderwerp(en). Ik hoop dat het duidelijk maakt hoe interessant, intrigerend én leerzaam ik Žižeks theorieën vind. En deze gaat dus een stuk ‘breder’ dan The Pervert’s Guide to Cinema, waardoor hij mogelijk een bredere doelgroep aan zal spreken. Waar The Pervert’s Guide to Cinema veel meer over cinema en ‘verlangen’ ging, daar gaat deze veel meer over ideologieën, flink doorspekt met 20e-eeuwse geschiedenis. En eigenlijk roept hij uiteindelijk ook op tot subversie jegens de heersende ideologie(ën).
En of hij ‘gelijk’ heeft of niet, is dat echt zo belangrijk? Hij roept interessante vragen op, en dat vind ik al meer dan genoeg waard…