Dope (2015)

Als je Dope grondig gaat analyseren, dan zal de levendigheid van het scenario en de ‘van-hot-naar-her-springerigheid’ van het plot misschien wel symbool staan voor het feit dat de scheidslijn tussen goed en kwaad nooit zo rigoureus getrokken kan worden; dat het verschil tussen deze uitersten vooral ook iets is wat wij ons als samenleving wijsmaken. Maar ook zonder zo’n ‘grondige’ analyse is Dope vooral een zeer opvallende, leuke en bij vlagen hilarische film, juist omdat ie niet echt in een hokje geplaatst kan worden en over een subcultuur gaat waarvan weinigen geloven dat die echt bestaat: African American-nerds, die hier ook nog eens van vooral ‘witte’ dingen houden…

Het verhaal
Malcolm (Shameik Moore) woont met z’n alleenstaande moeder in Inglewood, Californië. Niet echt de beste buurt om op te groeien, en de film maakt ook nogal wat zelfbewuste opmerkingen/grappen over hoe Malcolm tot de cliché-demografiek behoort van de kansloze zwarte jongere in een slechte buurt in Amerika. Toch staat hij op het punt om naar het prestigieuze Harvard te gaan, mits hij een belangrijk gesprek tot een goed einde weet te brengen. Maar voordat hij bij dat gesprek aan komt, beleeft hij met z’n maten Jib (Tony Revolori) en Diggy (Kiersey Clemons) tal van ‘laatste-jaar-van-school’-avonturen. Deels gevoed door hun punkbandje, maar vooral omdat Malcolm via één van de lokale drugdealers Dom (rapper A$ap Rocky) allereerst in contact komt met de prachtige Nakia (Zoë Kravitz), en na een fout gelopen drugsdeal ineens een zak met zo’n 100.000 XTC-pillen moet zien te slijten. En op dat vlak vindt hij nogal wat onverwachte kapers op de kust…

Dope-recensie: onverwacht heel wat meer dan enkel een zwarte highschool-film...

Alle kanten op, of ook subtiel..?
Zoals ik al zei, deze black highschool-film heeft een erg ‘zwaar gevuld’ plot. Iets wat de film flink wat vaart geeft en het eigenlijk ook niet zo erg maakt dat (één van) de boodschap(pen) er zó dik bovenop ligt dat je verwacht dat ze daar méér mee willen zeggen. En mogelijk doen ze dat ook wel, maar ik voelde niet genoeg ‘ademruimte’ om dat tijdens de film al op te merken. Mogelijk was mijn aandacht wat verslapt, mogelijk herkende ik me als blanke Hollander wat minder in de geschetste problematiek, en mogelijk is het een combinatie daarvan. Nu ik een paar weken later deze film weer terug tracht te halen, en vooral wanneer ik me een leuke scène herinner waarin een blanke ‘wigger’ het N-woord wil gebruiken (wat van Malcom best mag, maar wat bij Diggy een automatische mep-reflex oproept), krijg ik echter steeds meer het gevoel dat er ook een onschuldig ogende subtiliteit inzake racisme in zit. Mogelijk dat al die ‘witte’ hobby’s – als 90’s hip-hop, BMX-fietsen, goede cijfers halen én een punkband beginnen – daarin ook wel een grotere functie hebben dan enkel de humoristische die dat op de oppervlakte oplevert…

Cast & crew
Van de drie hoofdrolspelers Moore, Clemons en Revolori zul ook jij enkel die laatste herkennen, zeker als je The Grand Budapest Hotel gezien hebt, waarin hij Zero Moustafa speelt: het lobby-hulpje van Ralph Fiennes’ karakter. Moore verschuilt zichzelf sowieso nogal achter z’n flattop-kapsel, want als hij daar in de film ineens vanaf is, dan herken je hem bijna niet meer. Maar in bijrollen herken je natuurlijk allereerst Lenny Kravitz dochter Zoë, die hier een tienermeisje speelt, terwijl ze laatst tegenover Ethan Hawke in Good Kill toch een stuk volwassener speelde (om het nog maar niet te hebben over haar rauwe rol in Mad Max: Fury Road). Een deel van de film wordt door Forest Whitakers voice-over ondersteunt, terwijl een voormalig Victoria’s Secret-model zich nogal ‘kwetsbaar’ op durft te stellen als ze onder invloed van één van Malcolms pillen een virale YouTube-hit wordt in de film…
Regisseur Rick Famuyiwa kende ik nog helemaal niet, al herken ik de DVD-hoesjes van z’n Brown Sugar (uit 2002) en Our Family Wedding (2010) nog wel. Maar waar dat toch wat meer crowdpleasers leken, daar neigt ie met Dope wel iets meer richting filmhuizen. Mogelijk ook de reden dat deze film op het Sundance festival een montageprijs won (en genomineerd was voor de Grand Jury Prize) en in Cannes mee deed voor de Queer Palm (voor LBGT-films). Maar voor een LBGT-award is het lesbische karakter van Diggy wat te klein en zeker ook niet dramatisch genoeg. En om het lijstje indrukwekkende namen nog wat op te vijzelen: de muziek van de band Awreeoh in de film is geschreven door Pharrell Williams, die – samen met Sean P. Diddy Combs overigens – ook een executive producer-credit heeft gekregen.

Final credits
De tagline van de film is “It’s hard out here for a geek“, een referentie naar het geweldige Hustle & Flow, waarin het nummer It’s hard out here for a pimp een belangrijke rol speelt. Daarmee creëren de makers dus ook al direct een bepaald zelfbewustzijn wat kenmerkend is voor de film. Dat één van m’n recensiehelden zelfs een link met Shakespeare’s Hamlet heeft gevonden heeft mogelijk nog wat meer ‘onderzoek’ nodig, maar dat er wel degelijk wat scherpte in de film zit inzake (ver)oordelen, dat is één ding wat zeker is.
Plus dat het dus ook ‘gewoon’ een leuke coming-of-age highschool-film is hè, gezet in een onverwachte wereld…

IMDb: http://www.imdb.com/title/tt3850214

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *