Downsizing (2017)
Alexander – Sideways, Nebraska – Payne’s nieuwste film is een zeer goed gemaakte crowdpleaser met een paar goed cynische steken naar onze maatschappij. Daarnaast is het ook een wat voortkabbelende komedie met een mooi klein verhaaltje over opgroeien en/of het vinden van een haalbaar doel. Maar doordat de film hier ook een beetje tussen blijft hangen, heb ik ’t gevoel dat ik deze film wel wat sneller zal vergeten dan Payne’s eerdere films. De aanwezigheid van de actrice uit Payne’s prachtige bijdrage aan Paris, je t’aime, in een superkleine bijrol (pun intended), is tekenend voor de film: heel gaaf en goed in de details en ’t acteerwerk, maar overall gezien net wat te ‘safe’. Als in: ietsjes te makkelijk en niet confronterend genoeg.
En daardoor is Downsizing vooral een vermakelijk tussendoortje…
Het verhaal
Paul Safranek (Matt Damon) is een all American middle class white guy: hij en z’n vrouw Audrey (Kristin Wiig) werken hard in banen die niet hun droombanen zijn, maar hebben toch te weinig geld om vooral Audrey’s droom – in een groot huis wonen om zo mogelijk een gezinnetje te kunnen stichten? – te verwezenlijken. Gelukkig hebben we in de intro al gezien dat Noorse wetenschappers zo’n vijftien jaar geleden iets revolutionairs hebben ontdekt: het verkleinen van levende wezens tot nog geen procent van hun initiële volume. In de jaren die daarna verstreken is deze ontdekking verder uitgewerkt naar wat uiteindelijk het doel is: als we de gehele mensheid nou eens verkleinen, dan wordt onze afvalberg zo ontzettend veel kleiner dat we onze aarde mogelijk alsnog kunnen redden. Dat wordt middels marketingtools over de bevolking uitgespreid, maar uiteindelijk is het natuurlijk het vooruitzicht dat je kapitaal juist enorm wordt vergroot (ongeveer omgekeerd evenredig aan je verkleining) dat het grote publiek over de streep dient te trekken. Dus die mensen die in ons huidige economische klimaat hun droomhuis niet kunnen kopen, kunnen dat na verkleining meerdere malen wél. En dus besluiten Paul en Audrey de sprong te wagen…
Langzaam wordt toegewerkt naar de verkleiningsprocedure, en daarin zie je Payne’s goede oog voor detail. Natuurlijk zijn er veel regels aan het proces verbonden, zeker in zo’n ‘sue crazy‘-land als de VS. Als Paul echter wakker wordt na de procedure (en hilarisch met een spatel van z’n inmiddels veel te grote bed is ‘geschept’), dan blijkt één van z’n grootste (latente) angsten uitgekomen. Iets waar ik tijdens de film van dacht: waarom is hier zo kort over nagedacht dat het ongeloofwaardigheid oplevert? Nu weet ik achteraf wel wat de functie hiervan was in het ‘kleinere’ verhaal, maar toch jammer dat bij een film – waarin zo goed is nagedacht over de details – de logica van één van de belangrijkere beslissingen in het verhaal niet bevredigend doordacht lijkt.
Maar het levert wel op dat Paul een behoorlijk groots nieuw avontuur aangaat, waarin vooral z’n luidruchtige en opportunistische buurman Dusan (Christoph Waltz) en z’n ‘eng-ogige’ maat Konrad (Udo Kier!!!) een nogal belangrijke rol spelen. Plus een Vietnamese meid die onbedoeld wat lachers op haar hand kreeg…
Gedetailleerd ‘plat’..?
Ik voel me wat terughoudend in m’n kritiek op deze film, omdat ik ongeveer een week geleden de zaal uit liep met een best grote glimlach. Dat kwam deels door de leuke en intelligente humor in de film, deels door het goede acteerwerk (vooral Wiig viel me wederom positief op), en deels door een paar zeer cynische stukjes in de dialogen. Dit cynisme is verder helaas niet echt doorgezet, want in de achtergrond van het verhaal had een perfectere/scherpere analogie met het mislukken van het redden van onze aarde kunnen zitten. Er wordt wel gerefereerd aan wat zaken die ook wel eens door mijn hoofd schieten (over hoe succesvol wij als diersoort zijn, als we in zo’n korte tijd ons ‘eigen nest’ totaal vervuilen en vernietigen, en over hoe opportunistische ondernemers de balans verstoren door voor zichzelf soepelere regels te verzinnen), maar uiteindelijk gaat de film daar niet over.
Ik vroeg me overigens tijdens de film al af waar het drama zou gaan ontstaan: wat zou Paul moeten overkomen om z’n karakter echt in actie te laten schieten, omdat ie iets wil bereiken? Natuurlijk zit er in dat lethargische gedrag ook mogelijk een kritiek op onze maatschappij, maar dan ben ik echt aan het graven. Mogelijk dat de gedachte, dat ik Pauls ‘obstakels’ naar geluk al zocht voordat ze in de film gebeurden, eraan heeft bijgedragen dat ik het eerste echt grote obstakel te ondoordacht/simpel vond (SPOILER ALERT – haar weigering om mee te gaan – EINDE SPOILER ALERT). Nu zorgde dat er dus wel voor dat Paul ‘verder’ moest, dus ik begrijp die keuze wel in het ‘essentie-verhaaltje’ in de film, maar ik vond het toch een fout. En voor een verhaal over een man die weer de controle over z’n leven kan krijgen door erachter te komen wat écht belangrijk is, is Pauls karakter ook wel wat simpel/plat neergezet. Paul is iets teveel een sukkelige good guy. Hij zou juist wel wat méér opportunisme kunnen gebruiken, waardoor hij als mens mogelijk wat meer fouten had gemaakt, maar daardoor ook een geloofwaardiger karakter was geweest. Ook al deed de uiteindelijke afwikkeling van zijn ‘reis’ me wel denken aan die fantastische levensinstelling van Shep Gordon, die jij kunt ontdekken in de prachtige documentaire Supermensch. En die afwikkeling maakt het verhaaltje ook mooi rond af hoor, maar ik had het allemaal wel wat steviger willen voelen…
Cast & crew
Damon kan een wat sullige man vrij goed neerzetten natuurlijk, al dacht ik per ongeluk wel een paar keer aan hoe z’n Jason Bourne-karakter zich zou gedragen in Pauls nieuwe leefomgeving. De rol was in mijn ogen echter wat te plat om Damon echt uit te dagen. Dat is niet erg, maar wel wat tekenend voor de hele film: net niet uitdagend genoeg, maar wel leuk. Christoph Waltz worstelt volgens mij al langer met dat typerend excentrieke, waar Tarantino perfect gebruik van maakte in Inglourious Basterds, maar wat voor mijn gevoel in Django Unchained al wat repetitief aanvoelde. Hier past dat echter wel in de rol van een Servische handelaar met een grote neus voor feest. Daarin wordt Waltz overigens bijgestaan door iemand die qua uiterlijk sowieso de aandacht wel wat wegnam bij hem: Udo Kier. Deze Duitse 70’ies cultheld werd bekender in foute 90-ies films als Barb Wire, Armageddon, Blade en End of Days, maar maakte stiekem tussendoor ook Europese arthouse-films, vooral met z’n grote vriend Lars von Trier (Kier is ook peetoom van Von Triers dochter). Zo was hij bijvoorbeeld ook te zien in het geweldige Melancholia. Opvallend dat Hong – Inherent Vice – Chau, die hier een Vietnamese activiste/poetsvrouw speelt, nogal wat lachers op haar hand kreeg in de zaal. Nu heb ik ook wel eens wat ‘moeite’ moet hoe Aziatische acteurs in Westerse films ineens Westers moeten acteren, maar lachwekkend vind ik dat nooit zo snel worden. Aan de overkant van de grote plas waren ze zelfs zo onder de indruk dat ze Chau nomineerden voor een Golden Globe voor haar rol: een flink contrast met hoe ze bij velen in de sneak-zaal over kwam.
De actrice die ik in de intro bedoel is Margo Martindale. Zij heeft zo’n gezicht dat velen zullen herkennen, maar waarschijnlijk net zovelen ook niet precies weten waarvan. Ik ga haar rol in Payne’s Paris je t’aime-segment 14e arrondissement nooit meer vergeten. Daarin speelt ze een Amerikaanse toeriste die Franse les heeft genomen, maar er in Parijs langzaam achter komt dat haar Frans niet zo geweldig is, hoeveel ze ook van die stad houdt. Dat de film daarnaast nog wat leuke cameo’s/bijrolletjes bevat (zie de grote namen die hieronder getagd zijn), dat zegt natuurlijk ook wel wat over Payne’s status in Hollywood. Met films als Nebraska, The Descendants, Paris, je t’aime, Sideways, About Schmidt, Election en Citizen Ruth heeft ie natuurlijk ook een aardig oeuvre opgebouwd, waarin z’n acteurs soms nog meer accelereren dan hij dat zelf al doet.
Final credits
Maar, qua teleurstelling voel ik wel wat lichte overeenkomsten met die andere film van Matt Damon uit 2017 is gemaakt: Suburbicon. Nu is Payne’s film een stuk beter dan die van Clooney hoor, maar qua niet-vervulde verhaalpotentie kun je ze wel lichtjes vergelijken. Mogelijk hadden de ‘verkopers’ van het downsizen van mensen hun grootste troef (dat je geld dus zoveel meer waard wordt) niet direct in moeten zetten, maar pas later, als zou blijken dat er niet genoeg mensen voor het downsizen kiezen. Dat had een cynisme opgeleverd dat mogelijk beter had gewerkt, al was dan het leuke aan de film – het bacchanaal dat de kleine wereld kon worden door al dat geld – minder makkelijk in te passen geweest.
En terwijl ik zo typ, merk ik inderdaad dat daar mogelijk de reden ligt dat het allemaal net niet 100% werkt: het concept is wat te wobbly…