The King of Staten Island (2020)

The King of Staten IslandYes, als Saturday Night Live-fan genoot ik ontzettend hard van Pete Davidsons (semi-)autobiografische The King of Staten Island, geregisseerd door iemand die nogal bedreven is in dit soort ‘grown child‘-verhalen: Judd – The 40 Year Old Virgin, Knocked Up, This is 40, Trainwreck – Apatow. Vooral de heerlijke én eerlijke dialogen vielen me op, al is het – zo in nabeschouwing – ook wel jammer dat veel heftige/interessante thema’s enkel aangeraakt worden (zelfmoordgedachtes, wat blowen met je doet, z’n destructieve invloed op z’n omgeving, et cetera), en verder nergens uitgediept. Beetje typisch Apatow, dat hij jou als kijker zelf veel laat invullen. Maar bij The King of Staten Island lijkt jouw bereidwilligheid daartoe afhankelijk van je ‘smaak’, en dat is wat jammer. Die bereidwilligheid moet voor jou als kijker eigenlijk geen ‘keuze’ zijn, maar worden getriggerd doordat je graag helemaal meegaat in een karakter. Terwijl mijn emotie vooral een soort van bezorgdheid was om een jonger ‘broertje’ dat je wilt beschermen…

Het verhaal
Scott (Davidson) is 24 jaar en zit eigenlijk de hele dag in z’n moeders kelder te blowen met z’n vrienden Oscar (Ricky Velez), Richie (Lou Wilson) en Igor (Moises – Monos, The Kings of Summer – Arias!), af en toe aangevuld met Tara (Carly Aquilino) en Kelsey (Bel – The Diary of a Teenage Girl, White Boy Rick – Powley). Met deze laatste heeft Scott stiekem wat seks af en toe, maar zich vastleggen, dat wil Scott niet. Eigenlijk aan niks, buiten z’n ‘Ruby Tattoosday‘-tatoeagerestaurant-idee, want het is al direct duidelijk dat hij nog altijd lijdt om het verlies van z’n vader, die tijdens z’n werk als brandweerman om het leven kwam (in tegenstelling tot de ware geschiedenis niet bij 9/11, maar tijdens een verder ‘ongedefinieerde’ grote brand). In tegenstelling tot z’n jongere zusje Claire (Maud – dochter van Judd – Apatow), die te jong is om haar vader echt te herinneren (en daardoor te missen?), is Scott niet gaan studeren, en eigenlijk lijkt er totaal niks zeker in z’n toekomst…

Iets wat voor z’n moeder Margie (Marisa – The Wrestler, Avengers: Endgame – Tomei) lastig is, want natuurlijk voelt ze alle beschermende moederliefde voor haar overduidelijk ‘gebroken’ zoon, maar ergens wordt het voor haar mogelijk ook tijd om na 17 jaar weer eens te gaan daten. En dan belt, perfect getimed, Ray (Bill Burr) aan met z’n zoon Harold (Luke David Blumm), die net daarvoor lichtelijk verminkt is door Scott. Na heerlijke scheldkanonnades over en weer scheiden hun paden weer, maar voordat Scott het door heeft, begint z’n moeder te daten met deze Ray, en gezien hun chemistry gun je beiden graag het geluk dat in het verschiet ligt. Maar als blijkt dat Ray ook brandweerman is, komt Scotts pijn inzake z’n vaders dood nog steviger naar de voorgrond…

The King of Staten Island-recensie: mooie oprechtheid in deze Apatow-komedie, over het leven van SNL-castlid Pete Davidson

Bezorgd afvinken…
Dus ergens kon ik me mogelijk nog beter identificeren met z’n moeder, dan met hem zelf (terwijl ik zijn ‘man child‘-kenmerken ook deels zeker wel in mezelf herken hoor). Want Davidson wekt – zeker ook gezien z’n SNL-optredens – niet alleen bij mij al snel bezorgde sympathie op. Hij is een beetje als zo’n jonger broertje dat je graag wilt helpen met z’n worstelingen, omdat je ziet dat ie in pijn is. Maar aan de andere kant is hij ook weer zo stoer en trots om die hulp niet echt te willen. En dat levert interessante spanning op. Niet dat Apatow met die spanning speelt hoor, want daarvoor blijft het verhaal toch teveel aan de oppervlakte. Mogelijk dat Davidson, die het scenario ook mede schreef, zelf nog niet zo ‘ver’ is, dat hij hier al iets van inzicht in heeft? Al toont de film bijvoorbeeld wel duidelijk inzichtelijk de valkuil die blowen kan veroorzaken: dat je nog harder gaat geloven in jouw ‘waarheid’, want in je stonede hoofd spreekt niemand je tegen. Terwijl Scotts omgeving steeds duidelijker ziet hoe deze zelfverzonnen waarheid (dat elke waarheid ‘verzonnen’ is, dat is voor een andere tekst ;)) puur een soort van ‘pijn-vlucht’ is. Waardoor je dus aan alles voelt dat er wel een omslag met bijbehorend leermoment móet komen.
En als ik dit zo typ, voel ik wat cynisme in m’n vingers, juist omdat alle verwachte formule-elementen vakkundig worden afgevinkt. Iets dat je mogelijk herkent van Apatow-films. Al biedt The King of Staten Island dus wel méér, juist omdat Davidsons eigen pijn (en onmacht daarmee om te gaan) zo goed in de film zit, dat je hem niet alleen wilt beschermen, maar een groot deel van de film ook met recht een eikel kunt vinden.

Cast & crew
Waarmee het dus ook erg lastig is om te zien of en wanneer Davidson acteert, of dat hij gewoon zichzelf ‘speelt’. Waarin overigens een bewonderenswaardige oprechtheid zit, want toon al die enorm persoonlijke heftigheid maar eens met de wereld. Daarnaast past Tomei natuurlijk perfect in zo’n rol, waarbij ik met een gunnende glimlach ook terugdenk aan het moment dat ze dronken met een vriendin zit te kletsen, en dan per ongeluk ook haar eigen zoon afzeikt. Iets dat veel kijkers al de hele film wilden roepen, verwacht ik. Ook Burr, wereldberoemd natuurlijk vanwege z’n komedieshows, toont goed te begrijpen waar alle pijn zit in zowel Scotts als in Rays leven. Waarmee hij ook de grote intelligentie (en inzicht in onze menselijkheid) toont, waardoor ik bij zulke top-komieken (Dave Chappelle is een nog duidelijker voorbeeld) het woord “komiek” wel eens vervang door “denker”.
Dat Davidson het scenario zelf schreef (hij deelt de credits met Apatow en SNL-schrijver Dave Sirus), zal ook wel de reden zijn dat het lompe taalgebruik zo heerlijk on the spot is. Het is geen Larry Clark-‘ik wil shockeren’-lompheid, maar gewoon de wereld waarin Scott en z’n vrienden hun plek proberen te vinden. En zo zit er behoorlijk wat ‘menselijke onduidelijkheid’ in het verhaal, dat karakters zich af en toe, uit een soort van onmacht, veel stoerder voor doen dan ze daadwerkelijk zijn. En dat is een menselijkheid die Apatow ook in al z’n films terug laat komen, hoe mensen zichzelf (bewust of onbewust) wat voor de gek kunnen houden, terwijl wij als kijkers dan vaak al snel denken: “Ooooooooh, zie dat nou in!!

Final credits
The King of Staten IslandDus ja, ik denk dat The King of Staten Island ook voor mensen die Davidson niet kennen zeker wel de moeite waard is. Als ‘kenner’ liet ik me namelijk ook afleiden door dingen als “Komt Ariana Grande nog voorbij?” (die na haar optreden in SNL een tijdje datete met Davidson) en “Waarom hebben ze ervoor gekozen om het hele 9/11-verhaal te veranderen?“.
Nog een opvallend detail: toen ik me op een gegeven moment afvroeg hoe lang de film nog zou duren, bleek dus dat ie al ruim twee uur bezig was. Iets dat ik daarvoor nog totaal niet gevoeld had. Uiteindelijk duurt de film 136 minuten, wat voor een reguliere komedie ontzettend lang is. Al heeft Apatow daar een broertje dood aan, want van alle hierboven genoemde komedies van zijn hand, is alleen The 40 Year Old Virgin onder de twee uur, nét.
Al blijf ik wel bij m’n kritiek, dat mogelijk één enkele verdiepende scène (over (één van) de toch beste heftige thema’s) die interpretatievrijheid ietwat meer gestuurd had, en jouw beleving minder afhankelijk had gemaakt van je oordeel over, smaak inzake, of affiniteit met de geportretteerde wereld…

IMDb: https://www.imdb.com/title/tt9686708

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *