Possessor (2020)
Zo, die Brandon heeft niet alleen de achternaam van z’n beroemde vader (David – The Fly, A History of Violence – Cronenberg), maar thema’s als identiteit en de fysieke gevolgen van technologie komen in Possessor net zo hard terug als in pa Cronenbergs beste films (denk Dead Ringers en Videodrome). En dan komt Jennifer Jason Leigh – hoofdrolspeler in pa’s ExistenZ – ook nog langs! Maar de stralende sterren van Possessor zijn overduidelijk Andrea – Birdman, Mandy – Riseborough en Christopher – Catch-22 (de serie), It Comes at Night – Abbott, die perfect psychische onmacht weten uit te stralen. Want dat je als kijker op gegeven moment ook verward raakt, is in mijn ogen het vetste van deze film (naast een erg scherpe visie op de harde lompheid in de top van het bedrijfsleven), die wederom geweldig past in m’n recente rijtje “WTF!!?“-films…
Het verhaal
Als je denkt dat het openingsshot er al lekker hard grafisch inhakt, dan zul je niet veel later waarschijnlijk ook wat wegkijken van het scherm, als een ogenschijnlijk vriendelijke hostess (Gabrielle Graham) op een feestje een advocaat doodsteekt. Hierna steekt ze een pistool in haar mond om zichzelf ogenschijnlijk te doden, maar dat lukt haar niet. In plaats daarvan wordt ze gedood door toegesnelde agenten. Maar op datzelfde moment wordt Tasya (Riseborough) ‘wakker’ op een luxe ‘ziekenhuisbed’, waar één of ander sci-fi VR-apparaat van haar hoofd wordt gehaald. Tasya wordt hierna ondervraagd door haar baas Girder (Jason Leigh; zie still hieronder), waarin ze een aantal objecten moet definiëren. Want wat blijkt: in de nabije toekomst blijkt het mogelijk te zijn, om de geest van iemand anders te betreden met één of andere chip, waarna het lichaam overgenomen kan worden. Om dus bijvoorbeeld zo’n gruwelijke moord te laten plegen, door iemand waarvan dat daarvoor totaal niet verwacht werd…
Welkom in de wereld van Cronenberg, en welkom in de wereld van de vijandige bedrijfsvoering van de toekomst. Het bedrijf waar Tasya en Girder voor werken, kan namelijk worden ingehuurd om een moord te laten plegen, en de verantwoordelijkheid daarvoor volledig en letterlijk in iemand anders’ schoenen te schuiven. Ideaal natuurlijk voor mensen die er alles voor over hebben om zich op te werken, maar die zelf hun handen niet vuil willen maken. Probleem voor Tasya is echter, dat ze – ondanks (en/of juist door) haar ervaring – merkt dat ze de lichamen (en geesten) die ze betreedt niet volledig los weet te laten. Iets dat haar eigen menselijkheid al zo verwoest heeft, dat haar relatie met man (Rossif – zoon van Donald (en halfbroer van Kiefer) – Sutherland) en zoontje (Gage Graham-Arbuthnot) eraan kapot is gegaan. In die state of mind neemt ze de grootste klus (van het bedrijf) ooit aan, en betreedt ze de geest en het lichaam van Colin Tate (Abbott), het vriendje van Ava (Tuppence – Mank – Middleton), die weer de dochter is van de rijke (en schofterige) industrieel John Parse (Sean Bean!!).
Rijker dan ik initieel dacht…
Dat “schofterige” typte ik hierboven niet enkel vanwege het werk waarmee deze Parse rijk is geworden, maar ook vanwege de manier waarop hij z’n toekomstige schoonzoon bij elke gelegenheid vernedert. Mede door hem een baan aan te bieden in zijn bedrijf, waarin hij in een soort call center mensen via hun webcams (of telefooncamera’s) moet bespieden, om daarna nog gerichtere marketing op deze mensen af te kunnen vuren (en dan vind ik die Facebook-algoritmes al eng!).
Dat een familie die rijk is geworden van zo’n zieke geest iemand bevat die een ‘possessor’ inhuurt om Sean Bean z’n (voormalige?) filmtraditie in stand te laten houden, dat is mogelijk niet zo raar, maar het deed me naderhand wel terugdenken aan het geweldige (en in mijn ogen onvolprezen) Killing Them Softly, waarin het symbolische ‘over lijken gaan’ in de top van het bedrijfsleven ook al geconcretiseerd werd. En nu, twee dagen na het zien van de film, merk dat ik de film steeds beter (en vetter) begin te vinden. Initieel vroeg ik me nog af, of zoon Brandon niet vooral graag een ‘David Cronenberg’-film wilde maken, maar wat diepgang leek te missen (dat de spreekwoordelijke appel wel vrij ‘lui’ onder de boom is blijven liggen, so to speak), maar hoe meer ik over de film nadenk, hoe scherper deze lijkt te worden. Dat identiteitsthema is namelijk zeker iets wat runs in the family (net als het expliciet getoonde grove geweld en enkele on-preutse opgezwollen lichaamsdelen), maar wat maakt het uit: ik vond het geweldig dat je op een gegeven moment als kijker ook niet meer weet wie nu waar in controle is. En daarmee: met wie je je ‘wilt’ identificeren in het verhaal. Want is Tasya niet ergens ook een slachtoffer..?
Cast & crew
Dat Riseborough een begenadigd talent is, dat bewees ze al in diverse films. Volgens mij viel ze mij voor het eerst op in Shadow Dancer (dat IRA-spionagedrama met Clive Owen), terwijl ze daarvoor dus ook al in Venus, Happy-Go-Lucky en Never Let Me Go zat. Inmiddels is haar filmografie aardig indrukwekkend (Oblivion, Birdman, Nocturnal Animals, Battle of the Sexes, The Death of Stalin en die heerlijke Nic Cage-cultfilm Mandy), maar viel ze mogelijk wel ’t meeste op in een aflevering van het vierde ‘seizoen’ van Black Mirror, en in de meer dan geweldige tv-serie Waco. En nu wil ik niet ‘namedropping‘ overkomen, maar vooral aangeven dat veel grote regisseurs haar talent ook allang onderkend hebben. Het is dat deze film mogelijk te expliciet ‘lomp’ is, maar eigenlijk verdient ze wel een Oscarnominatie voor haar rol als en in Possessor. Waarmee ik Christoper Abbott overigens niet tekort wil doen (maar zijn rol is net wat kleiner). Met z’n heerlijk opportunistische uitstraling zorgde hij dat de tv-versie van Catch-22 (van o.a. George Clooney, btw) helemaal niet minder was dan de film, maar hij zat dus schijnbaar ook al in het geweldige Martha Marcy May Marlene (de doorbraakfilm van Elizabeth Olsen), A Most Violent Year, de tv-serie Girls, eerdergenoemde It Comes at Night, First Man, en Vox Lux (met Natalie Portman). Maar een beetje vergelijkbaar met Austin – Swallow – Stowell, heeft hij mogelijk een ietwat té herkenbare uitstraling, waardoor je hem mogelijk al snel onderschat (of projecteer ik m’n eigen kijk op hem nu?). Verder viel Tuppance Middleton me dus op, omdat ik haar herkende uit Sense8 (terwijl ik haar gisteravond zag schitteren als vrouw van Herman J. Mankniewicz in de instant classic Mank (recensie volgt zeer snel!)). En tja, Sean Bean hè: wat een geweldige klootzak speelt hij hier zeg. Echt zo één die je graag haat, al ga ik dus niet verklappen of hij z’n hierboven al genoemde (en klikbare) filmtraditie in stand houdt.
Maar laat ik de tere zieltjes nogmaals waarschuwen: het geweld in deze film is echt gruwelijk lomp grafisch en in your face (pun intended ;)). Natuurlijk toont het mijn ook nog altijd conventionele kijk, dat me dit opvalt, want het is natuurlijk juist zo, dat ‘Hollywood-films’ geweld dan wel vaak verheerlijken, maar zo expliciet nooit in beeld brengen. Dus als een film dit dan zo ‘eerlijk’ doet, dan valt dat dus op. Net zoals Cronenberg dus een paar keer een behoorlijk stijve piemel in beeld toont, waarbij ik even dacht: “Zouden die Canadezen net zo graag exhibitionistisch willen rellen als waar Nederlandse films om bekend staan (stonden)?“. Brandon regisseerde overigens niet alleen de film, maar schreef het scenario ook zelf. Hiervóór heeft hij ‘enkel’ wat korte muziekvideo’s en het door mij niet geziene Antiviral (met Caleb – Get Out – Landry – Three Billboards – Jones) gemaakt, al heeft ie in z’n laatste kortfilm – met de welluidende naam Please Speak Continuously and Describe Your Experiences as They Come to You – volgens mij wel al wat technieken en/of thema’s ‘geoefend’ voor Possessor. Die kortfilm gaat namelijk over het herbeleven van dromen met een hersenimplantaat…
Final credits
Dus ja, het is maar goed dat de appel niet zo ver van de boom is gevallen, want de hele familie Cronenberg maakt schijnbaar ontzettend interessante films (zo werkte een zus ook nog mee aan American Psycho). Want als het lijkt alsof mijn beleving van deze film ook tijdens het schrijven van deze recensie beter is geworden, dan heb je dat goed aangevoeld. Possessor is zo’n film, dat als ie het ‘doet’ voor je, je ‘m waarschijnlijk ook nog wel vaker wilt gaan zien.
Heerlijke en lompe mindfuck dus, met een paar scherpe thema’s waar ik m’n hoofd graag over blijf buigen…