Da bing xiao jiang (a.k.a. Little Big Soldier – 2010)
Jackie Chan is terug in een epische film, die vooral vermakelijk is. Hij had wat mij betreft iets ‘grootser’ gemogen, maar eigenlijk is ie gewoon wel aardig voor tussendoor…
Little Big Soldier vertelt het verhaal van een soldaat die overleven belangrijker vindt dan ‘honour‘, en dat past niet echt in de wereld van 227 B.C., het jaar dat China op het punt stond verenigd te worden. Na een veldslag, die hij als één van de weinigen heeft overleefd, ontdekt ie een behoorlijk gewonde generaal van het vijandige leger tussen de lijken liggen. Hij neemt hem gevangen, in de hoop hem in te ruilen voor een fikse beloning. Want eigenlijk wil hij niets meer dan een boerderijtje met twee hectare grond. Maar in een wereld die leeft op oorlog is dat niet zomaar mogelijk. Wat volgt is een op Homerus geïnspireerde tocht waarin de twee mannen steeds dichter bij elkaar komen. Want natuurlijk vindt de generaal dat hij beter met eer op het slagveld had kunnen sterven, dan dat hij door een ‘nul’ gevangen is genomen. En dan zit er ook nog een evil brother achter hem aan, nadat die gehoord heeft dat z’n oudere broer (en tevens ’troonopvolger’) dus nog leeft.
Je begrijpt het: avontuur alom..!
Natuurlijk is Little Big Soldier veel beter dan de laatste vijf Hollywoodfilms die Jackie heeft gemaakt. Met uitzondering van de ‘remake’ van The Karate Kid dan, want dat was een verrassend aardige film. De gevechten zijn stevig en goed gechoreografeerd, en uiteindelijk heeft de film ook wel een iets diepere laag, die ‘m toch wel wat méér geeft. Enige echte minpunt is misschien wel de onbalans, die ontstaat doordat het slapstick-gehalte van Chans acteren hier niet achterwege blijft. Ik denk dat als ze het grappige wat ingetoomd hadden, dat het een betere film was geworden. Hetzelfde geldt voor de blooper-reel die je bij alle Chan-films tijdens de eindcredits ziet: dat haalt toch een beetje het ‘serieuze’ van de film onderuit.
Maar eigenlijk wil ik niet teveel zeiken, want ik heb me wel vermaakt, ondanks een lichte buikgriep.