Bir zamanlar Anadolu’da (a.k.a. Once Upon a Time in Anatolia – 2011)
Prachtig geschoten, af en toe droogkomisch, een exposé dat het zelfvertrouwen van de makers toont, zo naturel geacteerd dat ’t niet opvalt dat ’t acteurs zijn, maar ook zo rustig dat ik meerdere keren ‘hoopte’ op iets van actie. Daarnaast is Once Upon a Time in Anatolia (vergeef me dat ik de Turkse naam niet overtyp) wel zo’n film die onder je huid kruipt, omdat je in de 2,5 uur wel een nogal cynische kijk in de Turkse samenleving krijgt. Maar ik moet ook eerlijk zeggen dat je extra moeite moet doen om dat er ook uit te halen, wat mij niet geheel lukte…
Nuri Bilge Ceylan is echt zo’n filmauteur die zwaar geliefd is op de grote filmfestivals. Met deze film won hij afgelopen jaar – samen met Le gamin au vélo – de Grote Juryprijs in Cannes. En ik weet niet of er veel filmmakers zijn die in totaal maar liefst zes prijzen hebben gewonnen op dat prestigieuze filmfestival. De enige andere film die ik van hem gezien heb is Uzak, waar hij in 2003 dezelfde prijs mee won. En voor een filmmaker die van de 72 nominaties op diverse festivals er 52 heeft verzilverd: DAMN..!
Ik typ bovenstaande echter ook omdat ik respect wil tonen voor zo’n gelauwerde filmmaker, maar dat ik zelf wel teveel moeite moest doen om écht te genieten van Once Upon a Time in Anatolia.
Ik las ergens een leuke zin over deze film: “…this movie won’t broaden his audience“, en als ik eerlijk ben, ik had ook al moeite om door Uzak heen te komen. Nu bevat het eerste shot van Once Upon a Time in Anatolia al meer kleur dan de 110 minuten die Uzak duurde, maar mogelijk moet ik maar gewoon concluderen dat Ceylans droogkomische humor mij niet ligt, dat ik niet echt door heb wat hij met z’n films wil en/of dat ik mogelijk toch nog té geconditioneerd ben om voldoende open naar zo’n film te kunnen kijken.
Okay: het verhaal… Na die openingsscène zien we ineens een prachtig wijds beeld van de Anatolische steppen, zo net na zonsondergang (bovenstaande foto, die ik qua formaat nog smaller heb moeten knippen). In de verte zien we ineens de koplampen van een auto aankomen, gevolgd door nog een auto en een jeep met zwaailicht. Het zand stuift op, dus het lijkt alsof ze haast hebben. Gelukkig stoppen ze mooi in het midden van het beeld en dan stappen er een stuk of tien, twaalf mensen uit. Twee ervan zijn geboeid, en één daarvan wordt gevraagd: “Is het hier?” “- Nee, ik denk het toch niet…” En ze rijden weer verder.
Uiteindelijk blijkt zeker de halve film een zoektocht naar een lijk van iemand die door de twee mannen vermoord zou zijn, maar ze waren te dronken toen ze de moord uitvoerden, dus waar het precies was weten ze niet meer.
Het tweede deel van de film gaat over de afwikkeling van de vondst, en Ceylan toont zeker een kritiek op de trage maar streng hiërarchische cultuur van het Turkse platteland. De manier waarop de officier van justitie exact de regeltjes volgt bij het opstellen van het rapport is af en toe tenenkrommend traag, maar dat wordt dan wel weer afgewisseld met behoorlijk intrigerende gesprekken, vooral tussen deze officier en de aanwezige arts…
Ja, Once Upon a Time in Anatolia is een mooie rustige karakterstudie waar veel meer achter zit dan ik zo op het eerste gezicht zag. Dat ik het er niet uit haalde (en dat de film mij daarom ook niet helemaal kon bekoren) zegt iets over mijn nog altijd niet ‘volgroeide’ filmbeoordelingscapaciteiten, maar het zegt zeker ook iets over de toegankelijkheid van Ceylans films. Mogelijk toont deze film wel perfect dat “cult” van “cultuur” komt. En voor deze film heb je mogelijk een (nog) opener blik of betere kennis van de Turkse cultuur nodig dan ik heb…