Spetters (1980)
Dat ik hem als klein manneke niet zag (of niet mocht zien) verbaast me niet zoveel, maar dat ie nu nog altijd opmerkelijk goed is verbaasde me wel. Naast een heerlijk nostalgisch gevoel naar een tijd waarin ik veel beschermder opgroeide dan de jongens in deze film voel ik misschien wel een bepaalde trots dat Paul Verhoeven deze film in 1980 al durfde te maken. En dat wordt zeker nog versterkt door ’t verhaal dat ik een paar jaar geleden hoorde, over hoe Verhoeven en de ‘jonge’ producent Joop van den Ende de beoordelingscommissie van het Nederlands Filmfonds om de tuin leidden…
Als ik heel diep graaf kan ik me nog herinneren dat in 1980 nieuwe gulden-munten werden geïntroduceerd. Waarschijnlijk ter ere van de troonopvolging door Beatrix, als ik het me goed herinner. Maar heel veel meer herinner ik me niet meer uit die tijd, buiten dat gevoel van heerlijk beschermd opgroeien in een klein dorp met gruwelijk veel natuur om in te spelen. Een compleet andere tijd en setting waarin ik nu dus leef. Ik denk dan ook dat er weinig films waren die de ‘anti-stadse’ houding in zo’n dorp meer versterkten dan Spetters. Ik was te jong om te begrijpen waar de fuzz allemaal om ging, maar nu ik ‘m eergisteren pas echt zag (hij is nieuw en gerestaureerd uitgebracht, zowel in de filmhuizen als op DVD!), begrijp ik de bezorgdheid van opvoeders in die tijd wel. Maar daarbij krijg ik eigenlijk ook alleen maar meer respect voor het lef en risico dat de makers toonden/liepen bij het maken van deze film.
Het verhaal is aan de ene kant vrij simpel en klein: drie jongens met een liefde voor motorcrossen worden volwassen, een beetje versneld door de komst van frites-bakster Fientje (Renée Soutendijk). Maar aan de andere kant zijn de verhalen van deze vier hoofdrolspelers allemaal vrij rijk gevuld. Rien (Hans van Tongeren) is de beste crosser van het drietal, en lijkt ’t meest kans te maken het kleine stadje (Hoek van Holland?) waar ze wonen te ontvluchten, totdat hem iets heftigs overkomt. Eef (Toon Agterberg) is mecanicien en komt er langzaam achter dat hij niet alleen eerlijk moet zijn tegen z’n streng-christelijke vader, maar nog meer tegen zichzelf. Dat daar een gruwelijk lompe scène voor nodig is kun je makkelijk veroordelen als “alles om te shockeren“, maar zo simpel kwam het bij mij niet over. Hans (Maarten Spanjer) is een beetje de sul van het groepje. Hij is geen geweldige crosser, ook erg verlegen bij de meisjes en hoeft misschien ook wel helemaal niet zo nodig het stadje te ontvluchten…
En Fientje, zij is een golddigger avant la lettre, die met haar homosensuele broer een frietkot uitbaat. Ze weet dat mannen haar lekker vinden, en gebruikt haar aantrekkingskracht om te krijgen wat ze wil, ook al heeft ze daar niet echt veel geluk in.
Eigenlijk is Spetters een mooie film over dromen en over opgroeien en leren omgaan met de obstakels die het leven op je pad gooit. Daarnaast wist Verhoeven natuurlijk wel degelijk dat hoe meer controverse, des te succesvoller de film zou worden. Toch krijg ik nergens ’t gevoel dat ik bij bijvoorbeeld Larry Clarks laatste films wel had, dat hij het puur doet om ‘stoer te doen’ of te shockeren. De passie en liefde voor film druipt er namelijk wel aardig vanaf. Combineer dat met ’t feit dat ’t initiële scenario door ’t Filmfonds werd afgewezen omdat het te plat en ordinair was, Verhoeven en vaste scenarist Gerard Soeteman een softere versie van ’t verhaal inleverden en toen wel één miljoen gulden kregen van ’t fonds, en daarna – samen met producent Van den Ende – besloten om het initiële scenario te verfilmen. De reactie van het Filmfonds bij de première van de film was dan ook weinig positief, en Verhoeven toont nog altijd een kwajongensachtige glimlach als hij terugdenkt aan de commissieleden die het hem nooit hebben vergeven.
Opmerkelijk overigens dat de twee shock-elementen in de film toen, de getoonde seks en het heftige geweld, op verschillende manieren zijn meegegroeid in de tijd. Het geweld (niet alleen het potenrammen, maar zeker ook de heftige en realistische manier waarop het crossen en de ongelukken gefilmd zijn) zal nu niemand meer shockeren, maar de getoonde seks zie je nu alleen nog maar in cult- of artfilms, denk ik. Nogmaals een bevestiging dat we op sommige vlakken juist bekrompener zijn gaan denken. Ik moet daarbij ook eerlijk toegeven dat ik bepaalde shots ook wel wat ver vond gaan, dus Verhoeven gaat in mijn ogen niet geheel vrijuit, maar het is wel raar dat we in de manier waarop we met seks in films omgaan niet minder preuts zijn geworden in de laatste 30 jaar.
Ja, Spetters is nog altijd zeker een aanrader. Door wat extra achtergrondinformatie is m’n respect voor deze film alleen maar gegroeid, en het realisme heeft onbedoeld een extra wrange boost gekregen doordat het vrij grote talent van Hans van Tongeren zo’n anderhalf jaar na de première van Spetters verloren ging, omdat hij zichzelf op 27-jarige leeftijd van ’t leven beroofde…