Tomb Raider (2018)
M’n verwachtingen voor deze reboot/prequel van de Tomb Raider-franchise waren vooraf enorm laag, dus ik moet allereerst toegeven dat die verwachtingen ruimschoots werden overtroffen, want ik heb me goed vermaakt. Strakke montage, een verrassend fragiele (en jonge) Lara Croft (Alicia – Ex Machina, The Danish Girl – Vikander), mooie graphics en een paar adrenalineverhogende actiescènes zorgen dat deze film heerlijk escapisme biedt. Iets van kritisch zijn op de verhaallijn (en vooral op de motivatie van vader Richard Croft (Dominic – The Square, 300 – West)) moet je echter trachten te vermijden, want dat tast je beleving aardig aan. Het deed mij in elk geval vooral denken aan TV-comics als Arrow en Iron Fist, wat mijn cynisme dat deze film wel héél duidelijk is opgezet als start van een nieuwe cash cow-franchise alleen maar doet groeien, hoe meer ik erover nadenk. Maar ja, dat is het lot van een recensent/criticus soms.
Ondanks dat de Noorse regisseur Roar – The Wave, Fritt vilt – Uthaug productie-technisch best wel verrast en Lara’s karakter een stuk ‘rijker’ geschreven is dan Angelina Jolie’s eerdere vertolking…
Het verhaal
Doordat deze versie van Tomb Raider veel meer origin story is dan de eerdere franchise, neemt de film aardig de tijd om het Lara-karakter te introduceren. Ze werkt als fietskoerier in Londen, en in een lekkere race-scène (die me deed denken aan het beste van Joseph-Gordon Levitts Premium Rush) zien we de vindingrijk- en roekeloosheid waarvan je weet dat ze die verderop in de film nodig gaat hebben. Via flashbacks hebben we dan al vernomen dat papa zo’n zeven jaar geleden vermist is geraakt, dus als Lara op het politiebureau door voogd (?) Ana (Kristin Scott Thomas) uit de brand wordt geholpen, komen we er ook achter dat ze dus eigenlijk een enorm rijke erfgename is. Maar omdat papa dus al zo lang weg is, zou Lara eigenlijk wat papieren moeten tekenen die hem dood verklaren, zodat het mega-bedrijf van haar familie (hier is de link met Iron Fist bijna schaamteloos groot) ‘verder’ kan. Maar voordat ze tekent krijgt ze van Derek Jacobi een soort kubus-puzzel, die ze natuurlijk direct oplost, en de daardoor ontdekte sleutel helpt haar ontdekken dat papa helemaal geen zakenman was, maar een soort Indiana Jones..!
Omdat haar liefde voor pa zo enorm groot is, besluit ze niet naar een videoboodschap van hem te luisteren en in zijn voetsporen te treden. Dus op naar Hong Kong, waar ze een boot weet te regelen die haar naar een mysterieus eiland moet brengen. Zo gezegd, maar niet zonder slag of stoot gedaan, komt ze aan op het eiland waar pa dacht de tombe te vinden van een oud-keizerin van Japan, die bekend stond om haar zwarte magie. De reden waarom pa deze keizerin überhaupt zocht (nee, de reden die hij zelf in z’n videoboodschap geeft is te plat om serieus te nemen) wordt waarschijnlijk in één van de vele geplande vervolgen op deze film beter uitgelegd, maar daarin zat voor mij dus helaas de reden dat ik m’n (te?) kritische blik voelde opkomen. Wat volgt is een overigens heerlijk avontuur dat meer dan recht doet aan de game, waarin de steeds stoerder wordende Lara het net zo goed op moet nemen tegen bad guy Mathias Vogel (Walton – Lincoln, The Hateful Eight – Goggins; yes, met z’n typerende opengesperde ogen en brede witte-tanden-lach) als tegen de vele ongelooflijke obstakels op haar pad…
Ben ik weer te kritisch?
Soms is het jammer dat je kritisch moet zijn over een film, zeker als je de film met drie vrienden zag die werkelijk laaiend enthousiast waren, maar die aan mijn gezicht ook wel al zagen dat ik hun enthousiasme niet voor 100% kon delen. Begrijp me niet verkeerd: ik kan keihard genieten van heerlijke ‘vluchtfilms’ (Iron Man, Thor: Ragnarok, Guardians of the Galaxy, 300 en Up the Creek zijn de eerste vijf die me nu te binnen schieten, waarvan die laatste inderdaad het resultaat van ‘herinneringsgraven’ is ja), waarbij ook zeker mijn gemoedstoestand van invloed is (de reden dat ik me soms wel eens aardig ‘vast typ’ in m’n recensies, omdat ik misschien teveel wil nuanceren?), maar bij Tomb Raider had ik niet enkel het gevoel dat ik zeer veel herkende uit andere films/series, maar ook dat ze over het enige plotpunt waar ze écht over na hadden moeten denken – de startmotivatie van pa om dat mega-grote gevaar te gaan zoeken – te makkelijk hadden gedacht. En dan voel ik wat anti-Hollywood-cynisme opkomen, dat ik een studio bijna hoor zeggen: “Wij maken films waar mensen gewoon niet te moeilijk over moeten doen!” Terwijl dat motivatieprobleem van pa best makkelijk opgelost had kunnen worden met bijvoorbeeld een zelfkritische ‘openbaring’-scène waarin hij er zelf achter kwam dat hij – als mens – een fout had gemaakt in z’n ongecontroleerde zoektocht. Okay, dat kan verderop ergens worden uitgelegd in een vervolg, en mogelijk dat ik me dan moet schamen voor deze kritiek, maar dan nog blijft het dus een trucje om je naar dat vervolg te lokken. Iets wat ik een paar seizoenen lang geaccepteerd heb bij een serie als Arrow, maar daar ben ik inmiddels toch ook mee gestopt. Koppel dat aan het feit dat de trailer van deze film zo’n beetje alle actiescènes al getoond heeft, en dan wordt m’n cynisme niet minder. Hoezeer ik ook zeker wel de pluspunten van deze film zag hoor…
Cast & crew
Vikander is namelijk enorm fijn en fris als jonge/nieuwe Lara Croft. Okay, ze herstelt wel iets te snel/makkelijk van die pin in haar nieren/darmen, maar ze mag Lara ook neerzetten als iemand die koste wat kost het lot van haar vader wil weten, en daarin niet altijd de meest verstandige beslissingen neemt. Zoals wij dat als mens allemaal wel eens nalaten om te doen. Ook werken haar scènes met pa wel, en daar blijkt de keuze voor zo’n Oscarwinnende actrice de juiste. Dominic Wests rol in het Zweedse The Square was verrassend (doch klein), terwijl ik hem vooral ken van de TV-serie The Affair. Goggins heeft wel de ideale kop om een villain te spelen, misschien ook wel omdat hij er niet enkel stoer uit ziet, maar ook wat sukkelig of zo? Bij de introductie van z’n karakter is het ook niet direct duidelijk wat zijn rol is, en daarin paste hij best goed. Verder zat bij Daniel – Warcraft – Wu z’n Amerikaanse accent me wel wat in de weg, want hij speelt hier toch een Hongkongse kapitein, die op z’n best (nog) een Brits accent zou kunnen hebben. Maar een kniesoor die daarop let natuurlijk.
Regisseur Roar Uthaug was mij overigens volledig onbekend. The Wave (a.k.a. Bølgen) heb ik nooit gezien, en van Fritt vilt weet ik alleen dat we die in de videotheek verhuurden onder de Engelste titel Cold Prey. De drie editors die op de aftiteling gecredit worden hebben allemaal een flink oeuvre, maar die van de Oscargenomineerde Stuart Baird valt het meeste op. Op zijn palmares staan (top)films als Skyfall, Edge of Darkness, Casino Royale, The Last Boy Scout, Die Hard 2, Lethal Weapon (1 en 2) en Richard Donners Superman uit 1978, dus vandaar dat de montage zo lekker aanvoelde waarschijnlijk. Trots eist natuurlijk dat ik Tom Holkenborgs muziek ook dien te vermelden, en is het stom als ik denk dat de aanwezigheid van in elk geval één vrouwelijke scenarist ervoor gezorgd heeft dat Lara’s karakter een stuk minder plat was dan je mogelijk verwacht..?
Final credits
Zoals je ziet blijf ik wat in dubio over deze film. Voor een strak gemaakte vette film moet je deze natuurlijk gewoon op het grote scherm gaan kijken. Probeer echter wel minder kritisch te zijn dan ik, want dan hoef je ook niks te zoeken achter het feit dat deze film mogelijk vooral gemaakt is omdat de videogame een paar jaar geleden ook een stevige reboot heeft gekregen en de studio dacht: “Hey, daar valt geld aan te verdienen in de bioscoop!”
Maar raad ik ‘m nou aan of niet..?