Roma (2018)
Rijkelijk gevuld met prachtige thema’s en mooie metaforen, gezet in een wereld met veel onderhuidse sociale onrust, blijkt Alfonso – Gravity, Children of Men – Cuarón met dit eerbetoon (aan z’n eigen voormalig nanny) één van de mooiste films van het jaar gemaakt te hebben. Als persoonlijke slice of life werkt de film al prachtig, maar ‘groter’ is het ook één mooie filosofische liefdesbrief aan het leven zelf, en dan speciaal aan vrouwen en hun ‘opofferingsgezindheid’. En die prachtige widescreen zwart-wit-beelden en ongelooflijk groots-gechoreografeerde shots vallen misschien niet direct op, maar tonen ook een grandeur die je totaal niet verwacht bij zo’n intiem persoonlijk verhaal. Maar voor mij werkte het allemaal zó goed, dat ik alleen maar meer op deze film ga projecteren, als ik nog langer zou wachten met het schrijven van deze letters en woorden…
Het verhaal
Cléo (Yalitza Aparicio) is de Mixteekse nanny waar eigenlijk de hele film omheen draait. Zoals het gezin waar ze in dienst is eigenlijk ook vooral om haar heen draait. Het openingsshot toont direct al hoe je je eventuele ‘haast-modus’ beter kunt deactiveren, want Cuarón gebruikt zowel als begin en als eind een shot dat niet alleen minutenlang duurt, maar terloops ook even de hele film prachtig metaforisch kadert. En die film vertelt dus het verhaal van een welgesteld Mexicaans gezin – met moeder Sofía (Marina de Tavira), vader Antonio (Fernando Grediaga), vier enthousiaste kinderen en de inwonende grootmoeder Teresa (Verónica García) – dat op werkelijk elke wenk wordt bediend door Cleó en haar collega’s. En dat alles wordt getoond met een lome alledaagsheid die je langzaam in een rustige mood doet afglijden. Maar ‘leeg’ blijft het verhaal zeker niet…
We hebben namelijk al meegekregen hoe Cléo’s ‘relatie’ met de ex-junkie en martial arts-leerling Fermín lang niet zo vruchtbaar blijkt als hun seks dat wel was. Fermín blijkt zich aangesloten te hebben bij een paramilitaire organisatie waarvan één trainer niet toevallig een CIA-petje op heeft. Maar dat zijn allemaal details die vooral de rijkheid van deze film tonen, want we blijven eigenlijk de gehele film vooral het leven van Cléo volgen, en dan zeer dicht op haar huid. En in dat leven zien we haar prachtige (on-westerse) levensinstelling van acceptatie van het alledaagse, van het leven in alle facetten, zonder daarin zelf je eigen belang voorop te stellen. Daarmee raakte de film mij ook thematisch gezien keihard, nog even buiten een aantal scènes om waarin dat verhaaltechnisch al vrij ‘gluiperig’ gebeurde. Want dat Cuarón met deze film toont dat de liefde van z’n Indiaanse nanny misschien wel ‘moederlijker’ was dan die van z’n eigen moeder, dat verraadt een subtiele nuance waarvoor hij van mij direct al een Oscar(nominatie) voor Beste Regie mag krijgen…
Rijk meesterwerk?
Waarschijnlijk zal deze film voor Mexicanen (en mensen met meer kennis over Latijns-Amerika) nóg rijker zijn, want bovengenoemde zijplot over Cleo’s ‘vriendje’ is een duidelijke verwijzing naar ‘el Halconazo‘: de Corpus Christie-slachting onder demonstrerende studenten door paramilitairen die overduidelijk getraind werden door de CIA. Daarnaast is het ook prachtig om te zien, hoe in een wereld – waarin het vrij ‘normaal’ was dat deze dienstmeiden ontzettend onderdanig waren – het juist de vrouwen zijn die hun eigen toekomst in handen nemen. Een thema dat in mijn hoofd al jaren rondzweeft, over hoe onze testosterongedreven expansiedrift (en bijkomende vernietiging van onze leefomgeving) enkel gestopt kan worden door ‘vrouwen’ (lees: ‘vrouwelijke energie’). Een thema dat James Cameron bijvoorbeeld ook in vrijwel al z’n films terug laat komen…
De film speelt zich af in rond nieuwsjaarsdag 1971, dus niet lang na de eerste mens op de maan. Het zal dan ook niet zo raar zijn dat er twee als astronaut-verklede jochies door het beeld rennen (het verschil tussen beide outfits onderstreept ook direct het sterke sociaal-economische contrast tussen Cléo’s werelden), en dan zul je als kijker al direct denken: “Oh, een ode aan Gravity!” Even later kijkt de familie gezamenlijk Marooned (een science-fiction film met Gregory Peck, Richard Crenna en Gene Hackman), en dan weet je wel zeker dat Cuarón zijn inspiratie voor de Sandra Bullock-George Clooney-film graag in zijn meest persoonlijke film wilde verwerken. Daarnaast toont die veel te dikke Amerikaanse auto van pa (een Ford Galaxy) niet alleen hoe de elite zich graag spiegelde aan westers succes (er wordt ook gerept over een Creedence vs. The Beatles-battle), maar de manier waarop die auto elke dag weer geparkeerd moet worden in die veel te smalle garage, dat is natuurlijk een mooie metafoor voor het nogal invasieve westerse/Amerikaanse (cultureel) imperialisme. En perfect passend daarbij: zodra pa uitstapt blijkt ie helemaal niet zo cool te zijn als je op dacht te kunnen maken uit de close-up shots ín de auto, of uit de auto zelf (iets met de ‘illusie van succes’?).
Cast & crew
In het begin wilde ik Cléo wel een paar keer toeschreeuwen dat ze best wat meer voor zichzelf op mocht komen, maar toen had ik nog niet door dat juist haar acceptatie van het gewone, van het basic leven, juist een soort van overwinning is. Op de juiste manier neergezet roept dit bij mij een grote glimlach op, al groeit daarmee m’n teleurgestelde/cynische blik – op hoe we als ‘beschaving’ richting afgrond aan het rennen lijken te zijn – ook behoorlijk. Want waar Cléo een opofferingsgezindheid tentoonspreidt die haar vooral ook kwetsbaar en makkelijk te onderdrukken maakt, vind ik het ontzettend bewonderenswaardig en spiritueel misschien wel superieur aan de nogal altijd heersende ‘meer meer meer’-instelling van veel (vooral) westerlingen. Waarom ik dit allemaal onder het kopje ‘cast’ typ beats me, al is de keuze voor een debuterende actrice in de hoofdrol, die geen uitgesproken opvallend gezicht heeft, dan natuurlijk wel perfect passend. Ik weet ook niet of Yalitza Aparicio écht hard moest acteren in de meeste scènes, of dat ze herkenbare situaties naspeelde, maar het werkt wel goed. Misschien juist wel goed dat ze haar emoties nergens aanzet, want dat maakt haar dienstbaarheid nóg sterker.
Cuarón kon voor deze film geen beroep doen op z’n ‘vaste’ cameraman Emmanuel Lubezki, maar dat doet weinig tot niets af aan de pracht van de geschoten beelden. Veel zogenaamde ‘master-shots’ (waarin in één wijd shot een gehele scène wordt getoond), waarvoor Cuarón mogelijk wel goed afgekeken heeft bij wat Lubezki in Children of Men deed. En in die shots zit een choreografie die me mogelijk net zo verraste als dat ene perfecte CGI-shot in Oscarwinnaar El secreto de sus ojos, als in: het is totaal onopvallend, tot je je ineens beseft dat je al minutenlang naar een shot zit te kijken waarin alles er perfect ‘jaren 70′ uit ziet, de honderden acteurs allemaal op exact het juiste moment hun taak uitvoeren, iedereen perfect passende kleding draagt, alle auto’s klassiek zijn, en waarin onze hoofdrolspelers ook nog eens langere tijd buiten over straat lopen en/of met het openbaar vervoer reizen. Dit zijn zaken die vooral makers op zullen vallen, maar ik denk dat het filmtechnisch misschien nog wel beter werkt als het je niet opvalt, want het vergroot de geloofwaardigheid van het verhaal enorm, als alles wat je (onbewust) ziet ook 100% klopt. Daarnaast gebruikt Cuarón dus sowieso al vaak lange takes, en in combinatie met de zwart-wit-beelden, en zeker vanwege de duidelijk aanwezige sociaalkritische onderlaag, moest ik ook wel wat aan wat oudere (en Italiaanse) masters of cinema denken…
Final credits
Ja, het gebeurde, dat ik tijdens dit schrijven nóg enthousiaster werd over deze prachtige film. Zeker ook door eerdergenoemde ‘gluiperige’ manier waarop de film af en toe binnenkomt (ik voelde minstens één keer wel een traan in m’n baard), maar ook omdat ik tijdens dit schrijven dus dooranalyseer, en er dan achter komt dat er waarschijnlijk nog zóveel te zien is, dat ik deze met gemak nog een keer kijk. Misschien wel met m’n moeder, want waar ik me als jochie, puber, tiener en ook jongvolwassene nog vaak dacht te moeten bewijzen/presteren (en me daardoor ook afzette tegen basic huishoudelijk werk?), was het inderdaad die belangrijkste vrouw uit m’n leven die het vaak ook simpel aards hield (en nóg houdt, gelukkig). Want wát een vergelijkbare liefde straalt Cléo in deze film uit zeg. Al is dat misschien wel gewoon mens zijn in je puurste en meest prachtige vorm, hoe on-‘cool’, on-ambitieus en on-‘inkomenszeker’ dat op mij als blanke westerse man ook overkomt.
Roma is overigens de eerste Netflix-film die op de shortlist voor een Oscar (voor Best Foreign Language Film) terecht is gekomen, wat dus wel betekent dat de film voor iedereen direct te vinden is. Misschien wel een mooie voor Kerst?