If Beale Street Could Talk (2018)
Mogelijk is het wel tekenend voor mijn white privilige, maar If Beale Street Could Talk is een film die in mij zulke heftige woede-gevoelens oproept, dat ik me tijdens het zien van zo’n film vrij snel afvraag: “Zou ik wel een dag vrij rondlopen als mij zoveel onrecht aangedaan zou worden?” En daar zit dus nogal wat privilege in, omdat ík me in zo’n verhaal wel vrijelijk (en vooral tijdelijk) kan laten meevoeren en gruwelijk kwaad kan laten maken. Maar als ik de zaal dan weer verlaat, dan ben ik terug in mijn bevoorrechte positie en kan ik weer moeiteloos door met m’n leven. Hoe dat voor niet-blanken is, dat kan ik me logischerwijs maar amper voorstellen. Maar ik verwacht dat zij zich minder vrijelijk ‘even kort’ kunnen laten beïnvloeden, maar dat hetgeen mij zo kwaad maakt bij zo’n film, bij hen veel meer verweven zit in hun leven. Maar zou zo’n prachtig poëtische film als If Beale Street Could Talk dan nóg steviger binnenkomen..?
Het verhaal
Gebaseerd op een boek van James – I Am Not Your Negro – Baldwin wordt allereerst uitgelegd dat het titulaire “Beale Street” niet letterlijk genomen moet worden, maar dus een analogie is voor hoe het leven van een Afro-Amerikaan in de VS is. En wat als die levens eens een stem hadden, zoals ze dat met deze mooie film dus ook letterlijk krijgen.
Barry – Moonlight – Jenkins’ nieuwste vertelt het verhaal van Tish (KiKi Layne) en Fonny (Stephan James), die knetterverliefd dromen van een toekomst samen. In de eerste scènes zie je echter al dat Fonny afscheid moet nemen van Tish, want hij is veroordeeld voor het verkrachten van een hem totaal onbekende latina-vrouw (Emily Rios). Hierna spoelt het verhaal wat terug en zien we heel subtiel hoe Jenkins de verschillende verhaallijnen door elkaar heen verweven heeft. We zien niet alleen de aanloop naar de bewuste avond waarop iets zou zijn gebeurd, we zien ook hoe een sterk racistische politieagent (Ed – Deadpool – Skrein) het sowieso al gemunt had op Fonny, puur vanwege z’n huidskleur. Daarnaast zien we echter vooral hoe Tish’ (en Fonny’s) familie omgaat met dit onrecht, waarbij een belangrijke rol is weggelegd voor Tish’ moeder Sharon (Regina – Boyz n the Hood – King).
Dat de getuigenissen van Tish (vanwege haar relatie) en Fonny’s beste vriend Daniel (wéér Brian – Atlanta, Spider-Man: Into the Spider-Verse – Tyree – Widows, White Boy Rick – Henry!) geen gewicht in de rechtbank hebben, dat toont al subtiel hoe krom het Amerikaanse rechtssysteem in elkaar steekt. Daarnaast blijkt Tish zwanger te zijn, en in combinatie met de continue vertragingen in het proces, raakt Fonny zo ontmoedigd dat hij uiteindelijk maar een plea deal maakt. Want tegen dat geïnstitutionaliseerde racisme is nog altijd weinig te doen, laat staan hoe dat was in de jaren 70 van de vorige eeuw…
Subtiel enorm rijkgevuld
Ik zag deze film al bijna een maand geleden op een festival, en moest even terughalen wat nou precies de aanklacht tegen Fonny was. Direct realiseerde ik me ook dat de ‘inhoud’ (de misdaad zelf) een stuk minder belangrijk was dan het gegeven dat racisme werkelijk in de hele (Amerikaanse) samenleving verweven zit. En toen viel me ineens ook op hoe de focus deels op het rotte rechtssysteem ligt (de meest cynische blik hierop toonde Michael Moore overigens in Where to Invade Next, waarin hij een link legt tussen het gemak waarmee zwarte Amerikanen in de bak belanden, en hoe wij als maatschappij allemaal ‘genieten’ van het werk dat ze daar voor vrijwel geen loon uitvoeren voor grote bedrijven (de connectie met slavernij is dan vrij snel gelegd natuurlijk)), want ook Fonny’s beste vriend bleek ooit een deal geaccepteerd te hebben voor iets wat hij niet gedaan had, maar omdat hij zo onder druk werd gezet – na overigens betrapt te zijn met wat wiet op zak – bekende hij een auto-diefstal (waardoor zijn getuigenis ook de prullenbak in kon, want hij was een veroordeeld ‘crimineel’).
Maar daarnaast bevat de film ook enorm veel schoonheid en wijsheden, waarin je duidelijk de talenten van zowel Baldwin en vooral van regisseur Jenkins voelt. Eerder maakte Jenkins misschien wel de beste ‘homo-acceptatiefilm’ aller tijden (voordat Call Me by Your Name uit kwam althans), maar ook Moonlight was juist zo goed, doordat het gehele verhaal verteld werd vanuit de beleving van de karakters in de film. Dus niks geen aangezette climaxen of overduidelijke momenten waarop je iets ‘moet’ voelen (al wordt hun liefdesverhaal wel erg zoet neergezet), maar uiteindelijk dus juist zó menselijk subtiel, dat ook If Beale Street Could Talk enorm stevig blijft hangen, emotioneel gezien. En eigenlijk zijn die drie Oscarnominaties (voor scenario, beste vrouwelijke bijrol (King) en voor de musical score) er wel wat te weinig. Maar misschien komt dat deels doordat de film voor sommigen mogelijk té subtiel is..?
Cast & crew
KiKi Layne maakt hier haar speelfilmdebuut, en waar ik in m’n aantekeningen niets denigrerends bedoelde met “Wat een snoepje was dat zeg!“, doe ik haar prestatie daarmee ook niet echt recht. Ja, door het mooie en zeer poëtische liefdesverhaal (en haar rol daarin) word je als kijker al bijna verliefd op haar, maar haar fierceness en doorzettingsvermogen wordt ook zo prachtig neergezet, dat ik nu ineens een link voel met één van de krachtigste elementen van Cúarons Roma. ‘Helaas’ voor Layne wordt ze wel behoorlijk overschaduwd door de terecht genomineerde Regina King, die even laat zien hoe krachtig een moeder kan zijn als haar kroost bedreigd wordt. Hierboven refereerde ik aan haar rol in een film uit 1991, vooral omdat ze de laatste jaren vrijwel alleen in TV-series te zien was. Haar laatste niet-TV-films waren Year of the Dog (uit ’07) en Ray (uit ’04), dus ergens kun je wel stellen dat ze hier een geweldige comeback maakt in de bioscoop. Daarnaast valt het overigens op dat er ook namen als Diego – Rogue One, Y tu mamán también – Luna en Dave – The Disaster Artist – Franco op de aftiteling verschijnen, terwijl ze amper een hele scène in de film hebben. Een teken dat natuurlijk velen met regisseur Jenkins willen werken…
Want dat Jenkins één van de beste ‘nieuwe’ regisseurs is, dat lijkt me een understatement. Waar ik eerst nog dacht dat ik kritiek mocht/kon hebben op hoe ‘zoet’ de flashbacks waren, heb ik allang door dat dit bewust gekozen is om de film nóg poëtischer te maken. Daarnaast viel het me ook op hoe het normale leven van de zwarte karakters in de film zo vól levensvreugde zit (zie ook still hierboven), dat ik me nu afvraag of het enkel bedoeld is als contrast met de grofheid van het racisme waarmee ze moeten zien te leven, of dat het een soort ’tegenhanger’ is voor de manier waarop zwarte Amerikanen normaliter in films worden neergezet, meestal als dealer of crimineel, maar in elk geval in uitzichtloze situaties die vrijwel altijd juist grauw-grijs worden neergezet. Jenkins’ kwaliteiten inschattend zou hij best wel eens kunnen spelen met deze laatste reden…
Final credits
Daarnaast bevat de film nog een paar prachtig wijze momenten, zoals het gesprek tussen de vaders over geld, of de quote van moeder Sharon over hoe Tish altijd op liefde heeft durven vertrouwen (waaraan op de poster hiernaast gerefereerd wordt), en dat toont een spirituele wijsheid die mij ook direct weer aan het geweldige boek Columbus and Other Cannibals deed denken. Hierin wordt de westerse of Europese expansiedrift/kolonialisme/vrijheid-en-democratie(-in-ruil-voor-je-olie-of-andere-grondstoffen-want-dat-is-goed-voor-de-economie)-gedachte als een psychologisch virus gebracht (het boek beschrijft de visie van native volkeren op de westerse overheersing), getiteld “wétiko”. Lees dat boek en iemand als Donald Tr. is nóg makkelijker te verklaren (als über-lijder aan dat virus). Maar na het lezen van dat boek zul je ook begrijpen dat ik alle woede, die zo’n film bij mij oproept, vrij snel wil samenvatten in aantekeningen als: “Die klote-wétiko’s verkrachten écht de hele wereld!”
Of alle 1284 bovenstaande woorden terugbrengend tot slechts één zin: If Beale Street Could Talk is een prachtig gemaakt maar ook aangrijpend liefdesdrama!