Minding the Gap (2018)
Met een titel die je op meerdere niveaus uit kunt leggen en een aantal scènes die ‘enger’ aanvoelden dan ze waren, is deze Oscargenomineerde documentaire niet alleen enorm therapeutisch (voor zeker twee van de drie hoofdkarakters), maar ook zó indrukwekkend, dat ik aan het eind ongeveer hetzelfde gevoel had als bij het einde van Richard Linklaters Boyhood: ik voelde bijna ‘vaderlijke’ beschermgevoelens voor de drie hoofdkarakters. Minding the Gap wegzetten als ‘skateboard-docu’ doet dit meesterwerk van Bing Liu aardig tekort, al start ie wel met alle vetheid en adrenaline die zulke verhalen kenmerkt. Daarnaast is het ongelooflijk opvallend, dat deze docu in hetzelfde jaar verschijnt als Jonah Hills regiedebuut: Mid90s. Al bleef Minding the Gap wel nog iets steviger hangen…
Het verhaal
Zack, Keire en Bing wonen in Rockport, Illinois. In het hart van de Amerikaanse Midwest zien we hoe dat stadje het hoogste percentage huiselijk geweld kent, en gedurende deze docu komen we erachter hoe alle drie onze hoofdpersonen (maker Liu besloot na drie jaar filmen, dat hij z’n eigen levensverhaal ook móest verwerken in het verhaal) hiermee te maken hebben. Keire praat ontzettend open over z’n trauma, maar Zack juist helemaal niet. Al is hij wel de ‘coole’ verteller die claimt dat skateboarden hun enige uitweg uit dat geweld was, en daar lijkt hij ook gelijk in te krijgen. Keire is waarschijnlijk de beste skater van de drie, en zeker als je de pijn in z’n verhaal voelt, gun je hem alle mogelijke sponspordeals in de wereld.
Zack is degene waar je initieel het meeste mee zult meevoelen, verwacht ik. Deels herkenbaar, maar vooral begrijpelijk, zien we hem ook continu teruggrijpen naar de vlucht van het skaten, maar ook in de drank. En als je er dan achter komt dat Zacks 17-jarige vriendinnetje (zelf is ie dan 21) hoogzwanger is, dan voel je direct iets van hoop, maar ook angst, voor het leven van dit ongeboren kind. Want ook al trachten de jongens alle drie hun weg te vinden uit die cirkel van huiselijk geweld, Zack blijkt ook een rouwdouwer. En dan word je als kijker aardig meegenomen in die hele emotionele cyclus rondom huiselijk geweld. Erg knap in balans gebracht door alle drie hun verhalen te vermengen, waarin Bings confrontatie met het gedrag van z’n eigen moeder onmisbaar blijkt…
Schrijnend portret
En dat creëert een authenticiteit die je natuurlijk enkel in een documentaire ziet. De beste films kunnen dit in een soort van ‘herinnering’ oproepen, maar hier weet Liu het op geweldige wijze te vangen én balanceren. Gestart vanuit de liefde voor het skateboarden, die dus veel dieper gaat dan enkel tijdverdrijf. Het is een echt overlevingsmechanisme in dit schrijnende portret van het leven van arme Amerikaanse kinderen. En dan zijn die gaps waar je op moet letten niet alleen de typerende scheuren in het asfalt waarover onze helden hun capriolen uithalen, maar ook de grote inkomens- en kansenongelijkheid in een land dat nog altijd pocht het rijkste land van de wereld te zijn. Toch bevat het verhaal ook zeker wel wat hoop hoor, want niet alleen onze karakters groeien en nemen (deels) hun volwassen verantwoordelijkheid met beide handen vast. Zo zal Liu door deze documentaire – waar hij zeker zeven jaar aan werkte, verdeeld over 226 (!) draaidagen – wel een positie verzekerd hebben in de documentaire-wereld. Hoe het leven van Keire en Zack (en z’n zoontje) verder lopen, dat is voor jou veel fijner om zelf te ontdekken.
Final credits
Wat een top-documentaire is dit zeg! Hij past in die krachtige wereld van de American indies (denk recentelijk aan Harmony Korine’s Spring Breakers, Ryan Goslings Lost River of Sean Bakers The Florida Project), maar dan in de vorm van een documentaire over drie gasten die wel vrienden móesten worden. En hoe ongelooflijk groot de link met Mid90s ook is, daar zitten nul negatieve bedoelingen bij…