Five Feet Apart (2019)
Waarom ik nu twee tienerfilms achter elkaar recenseer, beats me, maar waar ik van De Libi nog best goed kon genieten – zonder tot de doelgroep te behoren – daar was dat bij Five Feet Apart iets lastiger. Denk dat m’n nichtje van 14 deze film één van de beste van het jaar kan vinden, maar voor mij camoufleerde het in your face-drama de overduidelijke scenario-flaws niet voldoende. Al zal de doelgroep daar geen seconde last van hebben, denk ik.
Met andere woorden: ben je tiener, zoek je een film waardoor je vriendinnetje na afloop graag een arm om haar heen krijgt, of wil je testen of je vriendje ook een gevoelige kant heeft: ga Five Feet Apart kijken. Want ondanks m’n best stevige kritiek, moet ik ook zo eerlijk zijn om toe te geven dat ie me aan het eind ook zeker wel even raakte hoor…
Het verhaal
Stella (Haley Lu – The Edge of Seventeen, Split – Richardson) lijdt aan cystische fibrose, in het Nederlands beter bekend als taaislijmziekte. Door een vrij hippe exposé-vondst – Stella vlogt over haar ziekte – wordt vrij snel duidelijk hoe heftig die ziekte kan zijn. Oud worden met die ziekte is niet velen gegeven, dus zaken als verliefd worden, een relatie beginnen en afhankelijkheid van behandelingen (en anderen) zijn al lastig genoeg. Dat de aantrekkelijke Will (Cole – baby-Ben uit Friends!! – Sprouse) ineens ook in het ietwat te gezellige behandelcentrum aanwezig is, dat maakt alles nog ingewikkelder. Hij heeft namelijk een nóg uitzonderlijke vorm van die ziekte, waardoor de regel – dat CF-patiënten niet bij elkaar in de buurt mogen komen – nog strenger nageleefd dient te worden.
Initieel moet Stella overigens niks van Will hebben, want hij uit z’n cynische toekomstvisie een beetje als arrogantie. Natuurlijk ziet Stella de ‘gekwetste ziel’ daarachter, maar mogelijk heeft ze zelf wel zo iemand nodig, om haar sterke dwangneurose om superstrak alle regels te volgen iets te versoepelen. De zes voet die ze officieel uit elkaar moeten blijven, brengt ze vrij rebels terug tot de titulaire vijf voet, terwijl mede CF-lijder en ‘gay BFF‘ Poe (Moises – The Kings of Summer, Nacho Libre, Ender’s Game – Arias..!!) een welkome hulp is om die verliefde pubergevoelens wat in banen te leiden…
Fictieve pijnporno
M’n filmbeleving was waarschijnlijk totaal anders geweest, als dit een waargebeurd verhaal was geweest. Dan waren sommige keuzes en dialogen gewoon echt zo gebeurt. Nu zijn ze verzonnen, en dan merk ik als recensent dus dat ze soms nogal slecht, of in elk geval overduidelijk verzonnen zijn. Terwijl het acteren en de intentie achter de film juist goed (voelbaar) is, waardoor ik eigenlijk helemaal niet al te kritisch wíl zijn. Als je echter kijkt naar de filmografie van regisseur Justin Baldoni, dan valt het op dat hij nogal veel documentaires over ziektes maakt. Zijn My Last Days-portretten van terminale patiënten heeft hem al wat prijzen opgeleverd. Zijn betrokkenheid zal waarschijnlijk een mooie reden hebben, dus dat ik hem een ‘pijnpornoliefhebber’ noem, dat is waarschijnlijk enorm oppervlakkig. Wat ik er echter wel mee wil zeggen: hij weet waarschijnlijk beter dan ik hoe de dynamiek tussen terminale patiënten is, dus mogelijk staan die wat onlogisch gemaakte keuzes in de film juist wél dichtbij de werkelijkheid?
Cast
Ik kende Haley Lu Richardson vooraf totaal niet, maar qua energie deed ze me direct aan Emma – It’s Kind of a Funny Story, We’re the Millers – Roberts denken, maar dan nog iets ‘cuter‘. Hierdoor past ze ook erg goed in haar rol, want doordat het ziekenhuis zeker in het begin iets te ‘gezellig’ over komt, is het wel belangrijk dat ze ook laat zien hoe kwetsbaar/gevaarlijk die ziekte is. En dat gebeurt veelal in goed bezorgde blikken en dergelijke, en daarin toont ze meer dan potentie. Sprouse is goed gecast als heart throb met een puber-edge, al vrees ik voor hem wel, dat hij nogal ‘last’ heeft van Timothée – Call Me by Your Name, Hostiles – Chalamet, waar hij op lijkt (qua mysterieus broedend type). Maar gelukkig voor hem kan Chalamet niet alles spelen, en deze film valt ook wel (net) buiten de ‘A-film gradatie’, dus voor Chalamet zou zo’n project enkel nog interessant zijn, als het een gepassioneerde onafhankelijke film zou betreffen. Maar daarvoor wil Five Feet Apart te graag een drama-rom-com-formulefilm zijn…
Goed trouwens om Claire Forlani weer eens in een film te zien. Dacht dat ze mogelijk gestopt was met acteren, maar als ik zo naar haar filmografie kijk, dan speelde ze in 2007 voor het laatst in een ‘goede’ film, David – Hell or High Water – Mackenzie’s Hallam Foe. Het (wat oudere en) grote publiek zal haar echter nog altijd kennen van haar rol tegenover Brad Pitt en Anthony Hopkins in Meet Joe Black.
Final credits
Dat ik de namen ‘drop’ van zoveel andere films, dat zegt natuurlijk wel iets over de hoeveelheid kritiek die ik überhaupt op kán schrijven voor deze film. Want ook al blijft de film best goed hangen – een beetje als een film op RTL5 op maandagavond – buiten iets meer kennis over die kloteziekte (en ’t feit dat een biljartkeu dus ongeveer 1m50cm lang is (die vijf voet)), heeft deze film mij eigenlijk weinig gebracht. Maar dat is grotendeels ‘doelgroepgerelateerd’, want als ik mijn nichtje van 14 een film als The Revenant laat kijken, dan verwacht ik ook wel dat ze aan het eind pissig is, dat ik haar tijd verspild heb met iets waar ze totaal niet op zat te wachten…