Gisaengchung (a.k.a. Parasite – 2019)
Het is dat Joon-ho Bong al vele jaren actief is (denk Memories of Murder, The Host, Mother, Snowpiercer én Okja), maar mocht je hem nog totaal niet kennen, dan zou je hem – na het zien van Parasite – best wel eens de Koreaanse Jordan – Us – Peele kunnen noemen, of de Koreaanse Yorgos – Dogtooth – Lanthimos. Want aan die films – en zeker ook de sfeer daarin – moest ik best vaak denken tijdens het kijken van deze onverwacht erg spannende, bij vlagen ook humoristische, ‘Koreaans-geëmancipeerde’ en zeer maatschappijkritische Gouden Palm-winnaar.
En in dat rijtje moet je ook zeker het Japanse Shoplifters plaatsen, vorig jaar nog genomineerd voor een Oscar voor Best Foreign Language Film. Een nominatie, die Parasite dit jaar zeker verdient…
Het verhaal
Het gezin van Ki-taek Kim (Kang-ho – Sympathy for Mr. Vengeance, Thirst – Song), bestaande uit z’n vrouw Chung-sook (Hye-jin Jang), dochter Ki-jung (So-dam Park), zoon Ki-woo (Woo-sik – Train to Busan, Okja – Choi) en hemzelf, husselt door het leven. Overal waar een voordeeltje of baantje te vinden is, daar zijn ze aanwezig. Echt rijk worden ze er niet van, gezien hun 80% ondergrondse woning, waar enkel wat licht binnenkomt via ramen die ’s avonds wel dicht moeten, want anders pissen dronkaards bij hen naar binnen. Tekenend is echter ook, dat als de lokale overheid wat verdelgers de wijk in stuurt om te spuiten tegen ongedierte, pa juist opdracht geeft om de ramen open te laten, zodat ze al hoestend gratis het ongedierte in hun eigen huis kunnen verdelgen.
Zoon Ki-woo is dan ook wat blij als z’n succesvolle vriend en universiteitsstudent Min hem vraagt of hij z’n bijleswerk voor de rijke Da-hye (Ji-so Jung) tijdelijk wil overnemen. Een goedbetaald baantje, en met Ki-woo’s snelle tong weet hij Da-hye’s wat naïeve moeder Yeon-kyo (Yeo-jeong Jo) al snel te overtuigen dat hij de beste tutor is voor haar dochter. En nu hij toch bezig is: heeft zoontje Da-song niet ook een kunstbijleraar nodig? Een baantje waarvoor hij z’n zus Ki-jung naar voren schuift (onder de naam Jessica). Gezamenlijk weten ze al snel de chauffeur van de man des huizes – vader Park Dong-ik (Sun-kyun Lee) – eruit te wippen, want dat chauffeursbaantje past pa Ki-taek natuurlijk geweldig. Even later heeft moeder ook de taak van de huishoudster overgenomen, en lijken onze protagonisten een heerlijk luxueus leventje tegemoet te gaan. Maar net op het moment dat ze iets te hard aan het genieten zijn van de afwezigheid van het gezin waarvoor ze werken, belt de vorige huishoudster aan, in de stromende regen…
“Mission: Impossible for a nerdy family“
Met deze kop omschrijft regisseur Bong Joon-ho (achternaam komt in Korea voor de voornaam, schijnbaar) Parasite zelf. Wat het gezin moet doen om de rest ontslagen te krijgen, daarin zit veel humoristische vindingrijkheid. Maar de komedie is er vooral om balans te bieden voor de heerlijk onverwachte spanning, waardoor ik zelfs een paar keer dacht: wil ik dit wel verder kijken? Dit bedoel ik overigens als groot compliment, want ik zat dus iets te stevig mee te voelen dat eigenlijk elke vervolgactie wel verkeerd kon gaan uitpakken, voor wie dan ook. Iets dat onze protagonisten eigenlijk ook wel verdienen, hoe ‘grijs’ Bong alles ook houdt, door ook te tonen dat het rijke gezin Park eigenlijk best aardig is (“Ze zijn rijk omdat ze aardig zijn. Of kunnen ze juist aardig zijn, omdat ze rijk zijn?“, vraagt men zich hardop af in de film). En na de verrassing van de vorige huishoudster wordt de film steeds gewelddadiger, lomper én spannender. Zeker ook omdat het parasiteren uit de titel niet alleen op het arme gezin lijkt te slaan, maar ook op de manier waarop de rijke familie alles uitbesteedt, en daarmee dus eigenlijk ook parasiteert op de armoede van de familie Kim.
Cast & crew
Kang-ho Song is schijnbaar al een jaar of 20 bevriend met Bong Joon-ho, en speelde ook mee in diens Memories of Murder, Snowpiercer en The Host. Eén van de meest gerespecteerde acteurs in Zuid-Korea, dus in dat land zal de scène, waarin de jonge Woo-sik Choi (die z’n zoon speelt) hem instrueert hoe één van hun oplichtingsverhaaltjes op te dreunen, wel een mooie extra laag hebben: de nieuwe generatie onderricht de oudere. Yeo-jeong Jo viel me ook best op, omdat haar naïviteit en/of goedgelovigheid het hardste afgestraft wordt. Terwijl naïviteit in mijn ogen ook best ‘nobel’ kan zijn; dat je dus niet overal direct het gevaar, of het slechte in ziet/zoekt…
Bong Joon-ho strijdt volgens mij met Chan-wook – van de wraaktrilogie Sympathy for Mr. Vengeance, Oldboy en Lady Vengeance – Park om de titel “Internationaal meest doorbrekende Koreaanse regisseur“, al lijkt Park daarin wat ‘voorsprong’ te hebben, gezien z’n succes met Stoker (en het internationaal succesvolle (en geweldige!) The Handmaiden). Toch lijkt Bong zich wat meer op drama dan op wraakthrillers te focussen, en ik weet zeker dat ik nog wel wat lagen te ontdekken heb in dit (ook) maatschappijkritische Parasite…
Final credits
De film won niet voor niets de Gouden Palm in Cannes, waardoor ik overigens ook direct wat teleurstelling voel, omdat ik weet dat lang niet iedereen open staat voor dit soort films. Bij de videotheek riepen sommige cultuurbarbaren dan vroeger “Ik hou gewoon niet van buitenlandse films!“, waarmee ze natuurlijk bedoelden dat ze enkel van Hollywoodfilms hielden (en dat ligt gelukkig in Nederland..?), maar ik verwacht dus ook dat deze vooral gewaardeerd zal worden door arthouse-liefhebbers. Niet om elitair te doen hoor, want ik zou het geweldig vinden als de hele wereld zo openminded was dat we alle vreemde culturen net zo omarmen als de onze (iets waar ik zeker ook niet ‘foutloos’ in ben hoor). Maar sta je open voor ‘iets anders’, dan zul je in de Nederlandse bioscopen in 2019 weinig interessanters en misschien ook wel vetters vinden dan Gisaengchung, oftewel Parasite…