Ma Rainey’s Black Bottom (2020)
Onmisbaar voor elke serieuze filmkijker, if you ask me. Niet alleen omdat Chadwick – Black Panther, Da 5 Bloods – Boseman hierin z’n laatste (en beste!) rol speelde, voordat ie op 43-jarige leeftijd helaas overleed, en ook niet enkel vanwege Viola Davis’ powerhouse-performance, maar ook vanwege de pijnlijk prachtige thematiek in dit ogenschijnlijk vrij ‘kleine’ verhaal. Want ook al duurt deze Netflix-film slechts anderhalve uur, wat de film onderhuids laat voelen is zóveel.
En dan wordt de zwaarte van het thema ook nog eens goed ‘gebalanceerd’ met de levendigheid van de muziek…
Het verhaal
Geboren als Gertrude Pridgett was deze “Mother of the Blues” in 1927, het jaar waarin deze film gezet is, de best verkopende (en één van de weinige) professionele zwarte zangeressen in Amerika. Beter bekend als Ma Rainey (Davis) was ze ook één van de eerste blueszangeressen waarvan platen zijn opgenomen. En precies rondom zo’n recording session wordt Ma Rainey’s Black Bottom verteld. De filmtitel is namelijk ook één van de nummers die in de studio in Chicago worden opgenomen, waarbij Ma wordt vergezeld door haar vaste band, met trombonespeler Cutler (Colman – If Beale Street Could Talk – Domingo), bassist Slow Drag (Michael – (eerste seizoen van) True Detective – Potts), pianist Toledo (Glynn – Super 8, John Dies at The End – Turman) en de overambitieuze trompettist Levee (Boseman).
De studio wordt gerund door Ma’s (witte) manager Irvin (Jeremy – Birdman, Bad Education – Shamos) en geldschieter Sturdyvant (Jonny – Nightcrawler – Coyne), waarbij vooral die laatste denkt dat Ma haar plaats beter moet weten, en niet continu met ‘rare’ eisen moet komen. Daar druipt het racisme redelijk vanaf, al is dat in die tijd overal (nog) duidelijker voelbaar dan nu. Ma’s zelfverzekerdheid biedt daar prachtig krachtig weerstand tegen, terwijl ze ook op relationeel vlak haar eigen gedurfde pad kiest. Tijdens de sessie is namelijk ook liefje Dussie Mae (Taylour – White Boy Rick – Paige) aanwezig, die er ook weer voor zorgt dat Levee nogal afgeleid raakt. Al is dat zeker niet de grootste reden voor de steeds verder oplopende spanning in de studio, want die zit veel dieper…
Controle vs. onmacht vs. toneel-exposé
Misschien dat de film (nog) beter was geweest, als alle achtergrondinformatie iets meer ‘ruimte’ had gekregen om getoond te worden. Het zijn namelijk een paar overduidelijke theaterscènes waarin veel van de achterliggende pijnen (van zowel Levee als Ma) worden uitgelegd in dialogen. En ook al worden die dialogen Oscarwaardig gepassioneerd gebracht, als ik iets van kritiek zou ‘moeten’ uiten, dan is het dus deze duidelijke toneel-link; mogelijk hadden filmische flashbacks dit ‘beter’ laten voelen. Iets waardoor ik tijdens de film al een paar keer aan Denzel Washingtons Fences moest denken, nog voordat ik wist dat playright August Wilson beide verfilmde toneelstukken heeft geschreven (Washington is trouwens één van de producenten van de film). Maar wat de film zo pijnlijk prachtig maakt, is hoe degene die zichzelf zo overtuigd heeft de controle over z’n toekomst te hebben, die uiteindelijk totaal niet heeft. Juist doordat hem zulk onrecht is aangedaan, dat ieder mens tot waanzin kan drijven. En dat is dan nog voordat de eindscène een extra cynische laag toevoegt aan dat deel van het verhaal.
Wat mij overigens opviel: de bandleden waren aardig lomp tegen elkaar, in hoe ze elkaar (speels?) afzeken. Maar ergens is dat mogelijk ook iets cultureels, dat ik gewoon te ‘gewend’ ben aan hoe in onze maatschappij een bepaalde mate van (gevoelens verhullende) oneerlijkheid, achterbaksheid en/of terughoudendheid als ‘beschaving’ wordt gezien. Dus iets dat op mij overkomt als ‘lomp’, is mogelijk gewoon eerlijkheid, die ik heb geleerd te onderdrukken..?
Cast & crew
Ja, direct na het zien van de film – toen ik aantekeningen voor deze recensie maakte – merkte ik dat de ‘drama-queen’ in mij twijfelde hoe dramatisch ik moest zijn over Bosemans performance. Ik stelde me namelijk voor, dat hij met zijn talent met gemak één van de beste acteurs van zijn generatie zou kunnen zijn geworden, als hij niet zo jong was overleden. Maar eigenlijk wil ik hem vooral ‘eren’, want wat heeft de wereld aan (mijn) gedramatiseerde gejammer? Ik zag hem voor het eerst schitteren als James Brown in Get on Up (heb de Jackie Robinson-film 42 (nog) niet gezien), wil die film over Thurgood Marshall ook nog graag zien, maar leerde hem – net als het grote publiek – eigenlijk pas echt ‘kennen’ met z’n rol als T’Challa in eerst Captain America: Civil War, en daarna in Black Panther (en de Avengers-opvolgers). 21 Bridges heb ik om één of andere reden overgeslagen, maar z’n speech (en rol) in Spike Lee’s Da 5 Bloods werd – met de kennis van z’n ziekte en overlijden – alleen maar indrukwekkender. En dat topt ie nu dus af met deze rol, waarbij ik me kan voorstellen dat hij – net als Heath Ledger voor The Dark Knight – postuum wel eens een Oscar zou kunnen gaan krijgen. Enige ‘lastige’ daaraan, is dat ik niet weet of z’n rol nu als bij- of als hoofdrol betiteld moet worden, en dat zou voor wat frictie in de spreekwoordelijke tandwielen van de Academy-stemmers kunnen zorgen.
Naast Boseman is dus vooral Davis echt ongelooflijk indrukwekkend, zelfs door en langs die enorme laag heftige make-up en zilveren tanden heen. Haar zelfverzekerde houding valt extra op, doordat het zo in contrast staat met hoe de witte medemens haar in dit tijd als zwarte performer eigenlijk op haar ondergeschikte/slaafse plek wilde zetten. Maar damn: wat een entree maakte zij zeg. En hoe ze omging met Irvin en ook die politieagent buiten op straat: wauw. Maar de mooiste scène is die waarin ze uitlegt hoe de blues ín haar zit, al denk ik nu achteraf ook: die scène had van mij nog wat meer lengte/ruimte/body mogen krijgen. Juist ook, omdat Davis daarin zo indrukwekkend is. Als ze de nummers in de film ook nog zelf gezongen zou hebben, dan was die Oscar zeker al vergeven aan haar, maar schijnbaar heeft Maxayn Lewis de nummers ingezongen…
Dat regisseur George C. Wolfe uit de theaterwereld komt, waar hij onder andere een Tony Award won voor Angels in America, dat is niet zo verwonderlijk. Mede ook dus, omdat de film gebaseerd is op een toneelstuk van een andere Tony Award-winnaar: August Wilson. Hij schreef ook Fences, en die film ‘voelde’ ik dus ook veelvuldig tijdens het kijken naar Ma Rainey’s Black Bottom. Wilsons toneelstuk werd overigens naar het witte doek vertaald door Ruben Santiago-Hudson, die eigenlijk veel bekender is als acteur, dan als scenarist (al werd hij wel voor een Emmy genomineerd, voor z’n werk aan Lackawanna Blues). Zo speelde Santiago-Hudson niet alleen in series als Billions en Law & Order, maar ook in films als Blown Away, The Devil’s Advocate én The Immortal Life of Henrietta Lacks (tv-film die ook door Wolfe is geregisseerd).
Final credits
Beetje nutteloze namedropping hierboven, want dat heeft Ma Rainey’s Black Bottom helemaal niet nodig. Iedereen met een liefde voor muziek en/of film, en eenieder die begaan is met raciaal onrecht, zal deze film willen zien, verwacht ik. Zeker als indrukwekkend afscheid van Boseman, maar net zo goed als verering van hem. Al wil ik daarin Viola Davis dus zeker niet te kort doen, want denk dat dit ook wel één haar defining roles gaat worden, naast dat deze film vrijwel zeker haar een vierde Oscarnominatie op gaat leveren (na The Help, Doubt en eerdergenoemde Fences (waarvoor ze de vrouwelijke bijrolOscar ook won)).
Enige dat ik me nog afvraag, is hoeveel van het verhaal echt zo gebeurd is. Al is dat voor het voelen van de boodschap totaal onnodig om te weten hoor, want de ‘waarheid’ van die gek- en kwaadmakende ongelijkheid lijkt me evident…