Orfeu Negro (a.k.a. Black Orpheus – 1959)
Had gisteren zin in een ‘levendige’ film, en met deze inmiddels klassieke vertaling van de klassiek Griekse tragedie over Orpheus en Euridyce, gezet aan de vooravond van het Carnaval in Rio de Janeiro, kreeg ik zeker waar ik op hoopte. Daarnaast raakte de magie van zowel de jochies in de film als die van de romantische tragedie mij zoveel, zodat ik met een aardig grote glimlach de aftiteling aanschouwde. Juist ook omdat deze Gouden Palm-, Golden Globe- en Oscarwinnaar (voor Beste Buitenlandse Film) niet eindigde op het tragische hoogtepunt…
Het verhaal
Euridyce (Marpessa Dawn) komt op de dag vóór Carnaval aan in de favela waar haar nichtje Serafina (Léa Garcia) woont. Ze belandt midden in de muzikale dynamiek van de favela, waarvan tramchauffeur Orfeu (Breno Mello) een belangrijke spil blijkt. Orfeu’s baas Hermes helpt Euridyce haar nicht te vinden, maar dan lijkt onze zwarte hoofdrolspeler al helemaal smitten door de mooie Euridyce. Hij is echter verloofd met de zeer populaire Mira (Lourdes de Oliveira), tevens hoofddanseres in Orfeu’s samba-school, die op het punt staan deel te nemen aan de beroemde Braziliaanse Carvanalsparade de volgende dag…
Euridyce blijkt haar geboorteplaats ontvlucht te zijn, omdat ze belaagd werd door een nogal hardnekkige ‘aanzoeker’, die haar schijnbaar wil vermoorden. Ze hoopt in Rio veilig te zijn en een nieuw leven op te bouwen, en de chemie met Orfeu spat dan ook meer dan welkom van het scherm. Helaas blijkt haar aanzoeker, vermomd in een skeletten-carnavalspak (a.k.a. ‘de Dood’), haar gevolgd te zijn naar Rio. Terwijl de film gestaag opbouwt naar z’n climax, komt eerst Mira achter Orfeu’s ontrouw, weet Euridyce daardoor niet meer voor wie ze nou precies op de vlucht moet, en slaat het dramatische noodlot keihard toe.
Maar wacht eens even: heeft dat klassieke verhaal niet een scène waarin Orfeu afdaalt naar de onderwereld om z’n geliefde terug te halen..?
Hyperdynamische hervertelling
In minder-gelukkige tijden als de huidige, merk ik dat ik nog liever ‘vlucht’ in de magie van film. En daar zit Orfeu Negro vól mee. Check bovenstaande scène (helaas in niet al te beste beeldkwaliteit) en weet direct over welke magie ik het hier onder andere heb: die waar voornamelijk/alleen kinderen (nog) in willen geloven. Bovenstaande scène – die ik een tijdje geleden ergens online voorbij zag komen – was overigens ook de reden dat ik deze film móest zien…
Maar denk ook aan de magie van Orfeus’ onmogelijkheid om niet verliefd te worden op Euridyce, wat mijn aloude overromantisering-door-teveel-films-gekeken-te-hebben weer volle bak aanzwengelde. Daarnaast verwacht ik dat het Griekse verhaal nog bekend genoeg is om te weten dat het zich tragisch zal ontwikkelen, en gekoppeld aan de opbouw van de film – de voorbereidingen naar dat optreden voelt wat reportageachtig aan – maakte mijn hoofd zojuist een vrij opmerkelijke link. Ik moest namelijk kort aan de opzet van Sidney Lumets The Offence (met een sublieme Sean Connery in de gekwelde hoofdrol) denken: qua opbouw weet je als kijker dat er iets groots staat te gebeuren, en het grootste deel van de film bestaat uit het creëren van een oplopende spanning richting dat, in dit geval, ‘omkijken’.
Cast & crew
Nu ben ik tijdens een backpack-reis door Zuid-Amerika bijna acht jaar geleden óók in Rio de Janeiro geweest. Al voelden de favela’s in 2014 zeker niet zo ‘perfect vakantieplek-erig’ aan als de favela waarin dit verhaal zich afspeelt. Dat je je als kijker echter in een flamboyante en zeer kleurrijke omgeving onderdompelt, dat doet mij ook wat twijfelen aan mijn oordeel over het acteerwerk. Als in: heel goed ken ik de Braziliaanse cultuur nou ook weer niet. Maar vooral Mello’s acteren lijkt niet echt top. Nu maakt hij bijna alles goed met z’n charisma en vrolijke blik, dus ik vergeef hem dit wel (het was overigens ook zijn debuut). Opvallend is wel dat Dawn, die Euridyce speelt, ‘gewoon’ een Amerikaans-Britse actrice blijkt te zijn, die naar Frankrijk verhuisde en tot aan de opnames van deze film getrouwd was met regisseur Marcel Camus.
Deze Camus vertaalde Vinicius de Moraes’ toneelstuk Orfeu da Conceição naar een filmscenario, met hulp van Jacques Viot. Ik kan me overigens niet aan de gedachte onttrekken, dat ze bij die vertaling waarschijnlijk ook best vaak en voldaan geglimlacht hebben, bij het vertalen van de klassieke karakters naar karakters in de film. Zo komt Cerberus (de driekoppige hond van Hades) ook zeker voorbij, en hierboven heb ik Hermes (de boodschapper en navigator) ook reeds genoemd. Daarnaast is vooral gaaf om te zien hoe ze ook talloze Afro-Braziliaanse elementen hebben vermengd met dat klassiek Griekse verhaal.
Final credits
Ja, wát een leven zit er in deze film. Ik kan me niet herinneren dat er één persoon in deze dynamische film stil staat, zit of ligt. Daarnaast hoor je ook continu een mix van samba, bossanova en wat dies meer zij. Orfeu Negro is dus zeker een stuk meer dan ‘enkel’ een hervertelling van die Griekse tragedie. Jean-Michel Basquiat noemde deze film één van z’n eerste (muzikale) invloeden, terwijl ook Oscarwinnaar Bong – Parasite – Joon-ho als kind schijnbaar enorm onder de indruk van deze film is geweest. Ik vond het persoonlijk heel vet om al die plekken in Rio de Janeiro weer te zien (van bovenaf), waar ik in 2014 met een gehuurde mountainbike langs en doorheen fietste. Al voelde ik daarom ergens ook wat plaatsvervangende nostalgie, want ik vrees dat de meeste van de plekken uit de film inmiddels mega-vol gebouwd zijn, en zeker meer lijden onder bende- en politiegeweld dan in de tijd dat deze film gemaakt is, helaas…
Maar wat een heerlijke film zeg!!