Rustin (2023)
Voorafgaand wist ik enkel dat Colman – Ma Rainey’s Black Bottom, Euphoria (tv), Candyman – Domingo heel hard werd geprezen voor zijn hoofdrol in deze film. Dat deze door Higher Ground (en dus door de Obama’s) geproduceerde film ging over de organisator van één van de belangrijkste marsen ooit, die bevriend was met onder andere Dr. King, en die vanwege z’n geaardheid misschien nog wel harder werd gediscrimineerd dan vanwege z’n huidskleur, dat leerde ik gisteravond op Netflix.
Maar ergens voel ik ook wel wat kritiek, op hoe het verhaal nergens écht de diepte in gaat en daarmee wat ‘Hallmark-y perfect‘ blijft. Waarbij ik me direct ook weer afvraag: beoordeel ik deze nu teveel als ‘witte’ film, waarbij ik het altijd fantastisch vind als een film eenzelfde zoektocht toont als die ik doormaak. Maar waar ik kunst dus zeer geprivilegieerd mag/kan zien als iets dat mij spiritueel ‘moet’ interesseren, zijn er natuurlijk tal van minderheden wiens verhalen ‘gewoon’ nog verteld moeten worden…
Het verhaal
Bayard Rustin (Colman) is een Amerikaanse, zwarte burgerrechtenactivist in de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw. Naar eigen zeggen degene die Martin Luther King Jr. (Aml – The Maze Runner, I May Destory You (tv) – Ameen) inspireerde om z’n strijd geweldloos te voeren (naar voorbeeld van Gandhi), zien we al snel waar Rustins gelijkheidsstreven nog een extra motief heeft: hij is namelijk ook homoseksueel, en dat wordt ook in de top van de NAACP (en andere zwartebelangenorganisaties) eerder als gevaar dan als acceptabel gezien. Mede omdat het een tijd is waarin de FBI (en diens homofobe chef J. Edgar H.) nog als instrument werd gebruikt om de status quo niet al teveel te veranderen, ondanks dat het grondwettelijk verboden was om nog langer rassen te segregeren.
We leven dus in de tijd van (of net na) Rosa Parks, Selma, de moord op bijvoorbeeld Medgar Evers en die iconische huppel van dat zwarte meisje dat onder politie- en legerbegeleiding voor het eerst naar een ‘gewone’ school mag. En in die tijd is het Rustin, een paar jaar nadat zijn bluf z’n vriendschappelijke werkrelatie met Dr. King vernachelde, die met het idee van een grote, geweldloze mars richting Washington komt. Een mars die iedereen met een beetje historische kennis doet herinneren aan hoe die hele ‘National Mall’ (het stuk tussen de Lincoln Memorial en het Washington Monument) volgepakt stond met mensen, en Martin Luther King Jr. zijn beroemde “I Have a Dream“-speech zou gaan houden.
Maar Rustin vertelt dus vooral de aanloop naar die mars, hoe Bayard Rustin hierin de leidende rol nam, ondanks de dreiging van het openbaar maken van z’n geaardheid, en hoe deze Rustin meer was dan enkel een vriend van Dr. King. Want het lijkt duidelijk te zijn dan Rustin King inspireerde tot meer dan enkel geweldloosheid…
Volledigheid boven filmdrama?
Nee, Rustin hoeft natuurlijk ook helemaal niet te zoeken naar iets van spirituele urgentie, want het onderwerp is nog altijd actueel genoeg. Toch voelt de film iets te oppervlakkig aan. En nogmaals: misschien is dat mijn geprivilegieerde blik, want het feit dat velen dit verhaal volgens mij niet kennen is natuurlijk al meer dan genoeg reden om zo’n film te maken. En dat in zo’n rijkgevuld verhaal volledigheid mogelijk boven dramatisering wordt gesteld, dat is ook helemaal niet zo raar. Maar dat was dus wél de reden, dat deze film me minder hard raakte dan bijvoorbeeld Judas and the Black Messiah, If Beale Street Could Talk of zelfs Ma Rainey’s Black Bottom (qua stijl overduidelijk van dezelfde makers overigens). Rustin wordt namelijk enkel/vooral neergezet als een soort heilige die met de beste wijsheden komt, maar dat is ergens ook een beetje ‘saai’? Als in: een wat grijzer hoofdkarakter had de film (voor mij althans) net wat sterker gemaakt, denk ik.
Maar ja, als ik dan terugdenk aan wat Dr. Anna Hedgeman (CCH – Avatar: The Way of Water – Pounder) na afloop zegt, over hoe haar vader haar inspireerde om van elke dag een nuttige dag te maken, dan denk ik ook meteen: “Ja ja Filmofiel, dat jij vindt dat hij hierop wel wat grootser mocht reageren, da’s nogal makkelijk oordelen vanuit je luie bureaustoel hè!“. Waarbij ik dus weer bij m’n initiële recensie van m’n eigen recenseren kom, want hoe belangrijk is míjn oordeel hierin..?
Cast & crew
Ja, Domingo speelt de hoofdrol wel echt goed. Nu kende ik de real life Bayard Rustin niet, dus hoe goed hij hem eventueel nadoet, dat weet ik niet, maar ik herkende hem – juist door alle maniertjes, make-up en tandprothese – niet van z’n eerdere films. Terwijl hij me in Ma Rainey’s Black Bottom dus ook al zo positief opviel. Maar hij speelt Rustin zowel charismatisch als scherp hard, en enorm intelligent. Waarbij het Rustin-karakter z’n eigen gevaar lopen continu ondergeschikt maakt aan de gelijkheidsstrijd. Maar mogelijk maakte mijn onbekendheid met zijn lot het voor mij wel wat spannender. Neem aan dat de primaire doelgroep (Amerikaanse filmkijkers) wel weet dat één van de uitvoerend producenten van de film – toenmalig president Obama – hem een paar jaar geleden postuum een Medal of Freedom uitreikte (Rustin overleed in 1987), dus die zullen de spanning bij Rustins stiekeme bezoekjes aan een lokale gay bar mogelijk wat minder gevoeld hebben. Terwijl je wel duidelijk ziet hoe de politie samenwerkte met de pers om homoseksualiteit snoeihard te onderdrukken.
Naast Domingo vond ik Chris Rock in de rol van NAACP-leider Roy Wilkins wel okay, maar nergens opvallend goed. Jeffrey – No Time to Die, Westworld (tv), American Fiction, The Batman – Wright daarentegen, in een wat kleinere rol als Adam Clayton Powell Jr., één van de eerste zwarte Amerikanen die in het congres gekozen werd, was wat overtuigender. Hij speelt Rustins grootste tegenstander in de zwarte gemeenschap met een flair die z’n naam al doet vermoeden; Powell Jr. leek best graag bij het establishment te willen horen. Verder wil ik enkel Da’Vine Joy Randolph nog noemen, ook al komt ze slechts in één scène voor. Want hoe geweldig heeft zij het gevonden, dat zij de rol van Mahalia Jackson mocht spelen (en dus net voor MLKs speech het volk toezong)? Voor mij was dit een reden om haar kansen op een Oscarnominatie (voor Beste Bijrol in The Holdovers) een stuk hoger in te schatten. Hoe raar het ook mag klinken, dat een performance in de ene film haar kansen op een prijs in een andere film zouden doen toenemen.
Zoals ik al een paar keer meldde: Rustin is van dezelfde ‘makers’ (lees: regisseur) als Ma Rainey’s Black Botton: George C. Wolfe. Als voormalig Broadway-producent brak ie als het ware door in film met Nights in Rodanthe (met Richard Gere en Diane Lane) in 2008, waarna hij You’re Not You maakte, om vervolgens met The Immortal Life of Henrietta Lacks z’n ogenschijnlijk eerste ‘geëngageerde’ film te maken. Daarna zette hij z’n ruime theaterervaring in voor Ma Rainey’s BB, en qua mood en stijl heeft ie dat doorgezet in Rustin. Het scenario is overigens geschreven door Julian Breece en Dustin Lance Black. Breece schreef eerder twee afleveringen van miniserie When They See Us, terwijl Black al ooit een Oscar won voor het scenario van Milk. Ook schreef hij het scenario van J. Edgar (waarin ook zeker een homoseksuele ondertoon voelbaar was).
Final credits
Ja, Rustin vertelt een belangrijk en mooi verhaal, waarin je continu die dreigende onderstroom voelt, mede ook omdat er om de karakters heen medestanders werden afgeschoten (vijf jaar later overkwam dat Dr. King zelf, op 4 april 1968). Maar daarin is Rustin ook meer een geschiedenisles dan een dramatisch aangezet filmverhaal.
Maar natuurlijk ook een verhaal waarin iedereen met wat historisch besef mogelijk hetzelfde overkomt als wat mij gebeurde: we zien dan wel enkel het eind van ‘DE SPEECH’, maar die komt zo krachtig over dat mijn adem bijna stokte, en ik wilde opstaan van de bank voor een staand applaus…