A Better Life (2011)
Chris Weitz, regisseur van o.a. American Pie, The Golden Compass én Twilight: New Moon, bewijst met A Better Life dat hij ook een mooi klein menselijk drama kan maken. Dat wisten we natuurlijk al door About a Boy, en hier maakt ie niet alleen ’n film die inhoudelijk overeenkomsten vertoont met een grote Italiaanse classic, maar ook een zeer verrassende Oscarnominatie opleverde voor hoofdrolspeler Demián Bichir. Na het zien van deze film is die verrassing echter weg…
Ik heb Vittorio De Sica’s Ladri di biciclette (Bicycle Thieves) nooit gezien, maar halverwege A Better Life wordt eenzelfde verhaallijn genomen. Carlos is namelijk niet alleen vader van de puberende Luis, maar ook een illegale Mexicaan die de tuinen van de mooie mansions in Beverly Hills onderhoudt. Als z’n baas wil gaan rentenieren lukt het Carlos om de pick-up over te kopen, en met het bijbehorende klantenbestand lijkt Carlos een zekerder toekomst tegemoet te gaan. De hele film door heb je namelijk al gevoeld hoe fragiel en onzeker z’n bestaan is, want één aanhouding door de politie zal ervoor zorgen dat hij gedeporteerd wordt, terug naar Mexico.
Maar dan wordt z’n pick-up op de eerste dag al gestolen (zie de vergelijking met De Sica’s klassieker), en heeft Luis net op tijd begrepen dat z’n familie een betere toekomst voor ‘m wenst (en mogelijk biedt) dan een leven als gangmember. Hij balanceert namelijk behoorlijk op de grens tussen naar school gaan en zich aansluiten bij de bende van de neef/oom van z’n vriendinnetje. Een mooi contrast met de über-oprechtheid die z’n vaders leven juist zo typeert.
Het drama wordt dan wel ietwat aangezet, maar doordat Carlos als underdog al lang je sympathie heeft weten te winnen blijft het mooi en menselijk. Het verhaal is nergens verrassend, en soms balanceert de film wel op ’t randje van of ’t niet allemaal nét te convenient aan elkaar is geschreven, maar de film valt nergens de verkeerde kant op. Dat is een verdienste van Weitz, maar zeker ook van Bichir, want in zijn blik zie je z’n opofferingsgezindheid, de moed, het doorzettingsvermogen en ’t ontbreken van enige gedachte to roll over and die.
Ja, een mooie menselijke film. Niet zo heel groots, qua thematiek vergelijkbaar met bv. The Visitor (alhoewel die mooier is), maar wel behoorlijk, subtiel en zeer rijk gevuld. In de achtergrond krijg je namelijk een goed beeld van de veelzijdigheid van de megastad Los Angeles. En dan niet de standaard glamour van Rodeo Drive, Bel Air of Sunset Boulevard, maar je ziet juist achterbuurten als South Central op een andere manier belicht, met al z’n bendes, moorden, demonstraties, etc. Als ze er met een bus voorbijrijden en Luis vraagt wat er aan de hand is, zegt z’n vader treffend “It’s nothing“, waarmee hij aangeeft dat het zijn enige levensdoel is om ervoor te zorgen dat zijn zoon het betere leven uit de titel krijgt.
De muziek van Alexandre – The Tree of Life, Un Prophète, The King’s Speech en zo’n 130 andere films! – Desplat versterkt ’t verhaal mooi en gaf mij in elk geval ’t gevoel er bijna ‘bij’ te zijn, in dat Los Angeles dat je juist níet van films kent…