Poupoupidou (2011)
Waarschijnlijk erg toepasselijk om ‘m zo rond de 50e sterfdag van miss Monroe te zien, en misschien is dat ook de (commerciële) reden geweest om deze film nu te maken, maar ik had ’t erg fijn gevonden als “subtiliteit” net wat hoger in het vaandel van de makers had gestaan. Ondanks dat ie best vermakelijk was voelde de film voor mij namelijk aan als ’n gefabriceerde mengelmoes waarin men aardig is doorgeslagen in ’t verwerken van zoveel mogelijk overeenkomsten tussen Marilyn en het overleden dorpssterretje uit deze film, en dat ging me wel wat vervelen…
Verhaal met potentie
En dat vond ik extra jammer omdat het verhaal zoveel potentie heeft. Misschien wel téveel, want het had ’n scherpe Monroe-parodie kunnen zijn geweest, maar net zo goed een Murder, She Wrote-achtige thriller (weet trouwens niet hoe groot dat compliment is ;)). Maar de grootste reden voor m’n teleurstelling is dat het verhaal gaat over ’n schrijver die zo naarstig op zoek is naar ’n verhaal dat hij misschien wel iets teveel zelf verzint inzake de aangenomen zelfmoord van Candice Lecoeur, de Marilyn Monroe-reïncarnatie in deze film. Of althans: Martine Langevin denkt dat ze Monroe’s reïncarnatie is, en de schrijvers van het verhaal geven haar ook alle redenen daartoe. Ze is het helemaal niet blonde meisje dat wordt ontdekt bij ’n tankstation, haar haren blondeert, daarna een sexy kalender maakt, verliefd wordt op ’n Italiaans (ogende) sportman, ook valt voor ’n literair criticus en uiteindelijk zelfs ’n liedje zingt voor een ‘president’ met ’n achtergrond in Amerika.
Als wannabe schrijver (ja, ik ben wel lichtelijk een wandelend cliché) ben ik altijd geïnteresseerd in de relatie tussen een schrijver en z’n verhaal. Want die relatie is niet altijd zo lineair als je verwacht. Ergens moet je ruimte voor ‘magie’ houden om iets te laten ontstaan, maar voordat ik hier te zweverig in word: in deze film wordt dit allemaal te bedacht/gefabriceerd gebracht. Daarnaast is regisseur Gerald Hustache-Mathieu zeker ’n groot fan van David Lynch en de Coen broers, want hij tracht qua sfeer en combinatie op te roepen van Fargo en de tv-serie Twin Peaks.
Mengelmoes
Ook dat kan een goed uitgangspunt zijn, maar probeer ’t dan ook mysterieus te houden. Of kies in elk geval ergens voor. Nu is het een film geworden die hangt tussen een zwarte komedie, een whodunnit, ’n portret van iemand die zichzelf verliest én ’n maatschappijkritische parodie, maar is het dat allemaal ook nét niet. Natuurlijk moest ik ook denken aan My Week with Marilyn, maar die film bood (mij in elk geval) wel iets nieuws, terwijl Poupoupidou uiteindelijk veel te veel teert op trucjes en overdreven overeenkomsten, zonder ergens de diepte in te gaan. Dat ze geen keuze maakten qua ‘hoofdgenre’, dat hoeft helemaal niet verkeerd uit te pakken, maar de makers lijken er sowieso nogal plezier in geschept te hebben om alles door elkaar te vermengen. Zo lopen de verhaallijnen zó door elkaar heen dat er zelfs een romantische link ontstaat tussen de overleden Candice en schrijver/hoofdrolspeler David. Een interessante aanpak, maar ook dat voelt achteraf aan als niet meer dan ’n trucje.
Conclusie
Nou, vanwege de potentie(s) van ’t verhaal wil ik niet al te negatief eindigen, en daarnaast is de film ook best vermakelijk. Daarvoor gaan de credits vooral naar hoofdrolspeler Jean-Paul Rouve en een aantal leuke muzikale covers. Maar overall denk ik dat regisseur Mathieu teveel in één film wilde stoppen, op ’n gegeven moment aanvoelde dat het iets teveel werd, en zich enkel daaruit dacht te kunnen redden door er teveel plot en verweven verhaallijntjes in te structureren. En nu moet ik ineens aan Quentin Tarantino denken, die dát weer veel beter doet…