Amour (2012)
Het prachtige, indrukwekkende en subtiele Amour is deels ’n film over de onmogelijkheid om waardig oud te worden, maar net zo goed ’n verhaal over hoe liefde ‘groter’ kan zijn dan het leven. Vanwege het onderwerp en de rustige manier van vertellen (wat overigens 100% functioneel is) zal ’n ongeduldig publiek mogelijk moeite hebben met deze arthousefilm (die afgelopen mei de Gouden Palm won in Cannes), maar als je je mee laat voeren, dan zal het verhaal je nog lang bijblijven. Dat blijft het bij mij namelijk zeker, en ook vrij apart, want de film geeft mij nu twee dagen later nog altijd het gevoel dat ik ’n geweldig dramatisch, maar ook gruwelijk mooi gesprek heb gehad met m’n grootouders.
Het verhaal
Mijn grootouders zijn overigens al bijna 20 jaar dood, maar dat zijn Georges en Anne in Amour zeker nog niet. Als gepensioneerde muziekdocenten genieten ze van optredens, boeken, muziek en cultuur, maar het meeste nog van elkaars gezelschap. Op relationeel vlak krijg je bijna het gevoel naar ’n documentaire te kijken, zó prachtig wordt de chemistry tussen Georges (Jean-Louis Trintignant) en Anne (Emmanuelle Riva) neergezet. En daarbij heb ik wat moeite om woorden als “chemistry” en “neergezet” te typen, want één van de knapste zaken aan Amour is dat dit helemaal niet gespeeld lijkt. Het zouden zo jouw vader en moeder of jouw opa en oma kunnen zijn, zo mooi intiem heeft regisseur Michael Haneke dit neergezet.
Georges en Anne’s leven wordt volledig overhoop gegooid als Anne ’n beroerte krijgt. Deze herseninfarct wordt zó niet-aangezet getoond dat het bijna horror wordt, als ik er nu aan terugdenk. Maar volledig in lijn met Georges’ liefde voor z’n vrouw is het voor Georges nooit ’n vraag of hij Anne thuis zal gaan verzorgen, en voordat je het weet zitten we dus midden in ’n verhaal van ’n bejaarde man die voor z’n steeds verder achteruit gaande maar nog altijd trotse vrouw zorgt..
Noodlottige sfeer
Compleet in lijn met andere films van Haneke (denk Das weiße Band, Funny Games) voel je ook in Georges en Anne’s Parijse appartement (waar 99% van de film zich afspeelt) continu dat ’n bepaald noodlot op de loer ligt. Overigens wordt dit gruwelijk subtiel neergezet, je weet namelijk vanaf de allereerste scène al hoe de film voor één van de hoofdpersonen af gaat lopen, maar gedurende de film weet Haneke misschien wel subtieler dan ooit die noodlottige sfeer en ’n gevoel van ongemakkelijkheid op te roepen. De combinatie van het uit beeld houden (of ‘underplayen‘) van ’n paar heftige momenten en ’n enkel behoorlijk schrikmoment zorgde er voor dat de vele oudere bioscoopbezoekers achter me ’n paar keer nogal luidruchtig werden, omdat ze deze ontlading ook wel konden gebruiken…
Menselijkheid vs. sociale wenselijkheid…
Want inderdaad: ik zag de film in ’n filmhuis met vrijwel alleen 60+’ers in de zaal. Ik kan me maar amper voorstellen hoe de film bij deze groep aan zal komen, zeker omdat Haneke ons niet alleen figuurlijk, maar in de tweede scène ook vrijwel letterlijk een spiegel voorhoudt. Door het enorm intieme verhaal – over ’n liefde zo groot als die tussen Georges en Anne en de verstrekkende gevolgen hiervan – te combineren met het wat conventioneler afstandelijke (en minder menselijke) ‘verschuilen’ achter sociale wenselijkheid door de ‘rationele massa’ (in de vorm van dochter Eva (Isabelle Huppert), de conciërge en z’n vrouw en verschillende hulpverleners), deed de film me ook denken aan ’n gesprek dat ik ooit met m’n moeder had. Heel subtiel weet Haneke namelijk mooie menselijke thema’s aan te halen waar je mogelijk helemaal niet over na wilt denken, maar waarvan je pas écht weet hoe je daarin staat als je er ook daadwerkelijk in terechtkomt. De combinatie met mijn ervaring (door het gesprek met m’n moeder) maakte de film voor mij dus ineens erg persoonlijk, en ik verwacht dat de film iedereen wel op ’n vergelijkbare en persoonlijke manier zal raken.
Mogelijk verwacht je nu ’n hele zware film, maar dat is Amour toch niet. Ik vond het vooral indrukwekkend om de mooie liefde tussen deze twee oudjes te zien, zeker ook omdat dit zonder makkelijke (Hollywood) overdrijving wordt neergezet. Daarnaast wordt de Anne’s trots vóór haar beroerte zeer bewust niet aangezet, om daar dan later makkelijker mee te kunnen scoren op dramatisch vlak, en daarmee getuigt Haneke van zelfvertrouwen, lef, maar vooral van respect voor z’n karakters en voor ons als publiek…
Intiem, respectvol en zonder oordeel…
Technisch gezien is in zo’n verhaal – naast de prikkelende montage, waardoor je ’n paar keer zelf moet bepalen waar je je op dat moment in het verhaal bevindt – vooral de cinematografie erg belangrijk. En ook daarin toont Haneke z’n klasse. Waar de film begint in ’t statige en ruime appartement, daar worden de shots langzaam steeds closer. Ik kreeg naar het einde toe ’n paar keer ’t gevoel dat als ik Georges was geweest, ik die cameraman die zo voor m’n voeten liep ’n paar keer ’n mep had willen geven.
Maar deze ontwikkeling zorgt er ook voor dat hun appartement steeds benauwender aan gaat voelen, compleet in lijn met de pijn en wanhoop in zowel Georges als Anne. Maar het zorgt er ook voor dat je steeds intiemer met onze hoofdpersonen mee gaat, en je dus steeds meer ondergedompeld wordt in de immense liefde tussen deze twee. En dat zet niet alleen het eerste shot, maar ook het laatste, weer in ’n pijnlijk contrast. Maar tussen die twee shots heb je kunnen genieten van ’n geweldig intiem portret, zonder enig oordeel verteld door Haneke. Een groot ‘meester’ durft dat oordelen achterwege te laten. En als jij dat wel wilt doen, dan geeft de film je gelukkig ook alle vrijheid hiervoor…