The Peanut Butter Falcon (2019)
Allereerst: The Peanut Butter Falcon is een geweldig mooi en zoet sprookje dat vooral uitblinkt doordat ’t hoofdonderwerp – een jonge man met Down ontsnapt uit een verzorgingshuis om beroepsworstelaar te worden en vindt op z’n homeriaanse queeste hulp (en ‘familie’) op een onverwachte plek – prachtig niet-sentimenteel wordt gebracht. Iets dat bij ‘dit soort’ films vaak een lastig te balanceren iets is. Maar dat zit hier dus behoorlijk goed.
Allertweet: dit is ook een zo’n ‘fijne’ film dat je als recensent eigenlijk niet kritisch wilt zijn. Ben je dat echter wel, dan zul je waarschijnlijk ook meerdere keren aan Yo, también denken, waarin het drama grootser is neergezet, het acteerwerk net wat minder opzichtig is (al komen ze daar hier ook weer goed mee weg hoor). Al gaat The Peanut Butter Falcon veel meer over wat familie kan zijn, dan over de onmogelijkheden van iemand met Down in onze maatschappij…
Het verhaal
Zak (Zack Gottsagen) lijdt niet alleen aan het syndroom van Down, maar door de schandalige staat van de gezondheidszorg in de VS (een land dat zich toch het meest succesvolle land ooit waant), is hij ook ondergebracht in een bejaardentehuis. Hij slijt z’n dagen dus tussen de oudjes en heeft eigenlijk enkel contact met kamergenoot Carl (Bruce – Once Upon a Time … in Hollywood, Nebraska – Dern) en z’n verzorger Eleanor (Dakota – Suspiria, Fifty Shades of Whatever – Johnson). De buitenwereld kent hij vooral van een VHS-band die hij al honderden keren gezien heeft, waarin worstellegende Salt Water Redneck (Thomas Hayden – Sideways – Church) uitlegt hoe je een professioneel worstelaar kunt worden. Vooral als je natuurlijk zijn lessen komt volgen…
Om z’n worstelaarsdroom na te jagen, besluit Zak om (wederom) te ontsnappen om op zoek te gaan naar de Salt Water Rednecks worstelschool. Deze ontsnappingsscène biedt een ontspanningslach waar je ‘U’ tegen zegt, want om het even lomp politiek incorrect te zeggen: de film laat je daar letterlijk lachen om (de knulligheid van) een ‘mongooltje’. Maar nu ik dit typ, voel ik m’n mondhoeken ook weer in liefdevolle verwondering omhoog krullen, want zulke scènes tonen hoe respectvol, zelfbewust en ‘eerlijk’ de makers met dit onderwerp omgegaan zijn.
Maar Zak is dus ontsnapt, en verschuilt zich al snel op de boot van de rebelse krabbenvisser Tyler (Shia – Transformers, Lawless, Fury – LaBeouf), die iedereen tegen zich in het harnas jaagt omdat ie aardig wat pijn, verdriet en/of schuldgevoelens heeft opgekropt…
Memorabel
Ik zag deze film ruim twee weken geleden in een sneak preview, en hij blijft echt ontzettend fijn hangen. Net zoals hierboven, voel ik een glimlachreflex als ik terugdenk aan de vele ontroerende en vooral ontwapenende scènes in deze film. Ja, qua drama had het van mij allemaal nog iets ‘pijnlijker’ en/of aangezetter gemogen worden – vandaar dat ik aan Yo, también moest denken – en als je verhaaltechnisch ietwat kritisch bent, dan zie je ook wel dat er misschien iets teveel scènes/shots in de montagekamer onbruikbaar bleken, waardoor het plot af en toe wat te grote sprongen maakt. Daarnaast lijkt het einde in de post-productie nog aangepast te zijn, want één shot wijst 100% in de richting van een andere afloop dan die we uiteindelijk te zien krijgen.
Maar zoals ik al liet doorschemeren: ik kreeg direct na afloop zelfs al wat boze blikken, omdat ik verhaal- en filmmaak-technisch wel wat kleine dingen aan te merken had, maar dat vonden mensen – die net heerlijk genoten hadden – niet gewenst. Zij zaten volledig in het bedoelde gevoel, denk ik; ik ging direct zoeken naar oorzaken voor dingen die mij een paar keer toch iets úit dat gevoel hadden getrokken. Tja, dat is het kruis dat je als recensent maar moet dragen dan: #firstworldproblems…
Cast & crew
Wat uiteindelijk goed uitpakt, is hoe het enthousiaste maar toch best gebrekkige acteerwerk van Gottsagen de film nergens ‘pijn’ doet. Ergens voelt het lullig om kritiek te leveren, juist ook omdat je aan alles voelt dat acteren misschien nog wel een grotere droom voor real life Zack is, dan worstelen voor het karakter Zak. Maar het viel mij meerdere keren op hoe ‘out of the blue‘ veel van zijn lines over kwamen, beetje alsof ze opgelezen en/of ingestudeerd waren.
Maaaaaaaaaaaaaar, dat past ook weer goed genoeg bij het karakter dat hij speelt (en is), dat het ook deels functioneel over komt. Haha, mogelijk begrijp je al lang niet meer wat ik bedoel, maar ik merk wel dat ik – vanwege het ‘fijne’ van de film – me ook nu nog ietwat tegengehouden voel om kritiek te leveren. Wat overigens ook komt, doordat de (overige) acteurs allemaal geweldig overkomen, iets wat natuurlijk ook een groot compliment voor het regisseursduo is. LaBeouf toonde eerder al dat die Transformers-films waarschijnlijk gewoon ‘werk’ voor hem zijn geweest, want met bijvoorbeeld z’n uitstapje in één van de korte verhalen in New York, I Love You, liet hij ook al zien veel interessanter te zijn als hij voor onafhankelijke films kiest. Zo schitterde hij ook vrij ingetogen in het prachtige American Honey, en ben ik erg benieuwd naar Honey Boy (die nog moet verschijnen). Dakota Johnson laat mij haar beroemde ouders (Don J. en Melanie Griffiths) zo makkelijk vergeten, dat ik zelfs weer gewezen moest worden op haar afkomst, toen ik het laatst over haar had. Ik was gewoon vergeten dat ze daardoor misschien wat ‘startersvoordeel’ had. Maar ik vind haar dus geweldig passen in een wat dromerige maar zorgzame rol in een sprookje als dit. Daarnaast worden de bijrollen vrijwel allemaal ingevuld door acteurs die je volgens mij wel met een gepassioneerd mooi verhaal kunt overhalen als enthousiaste, onafhankelijke filmmaker: Thomas Hayden Church, Jon – Punisher, The Walking Dead – Bernthal en John – Me, You and Everyone We Know, Three Billboards Outside Ebbing, Missouri – Hawkes zijn namelijk beste grote acteurs voor zo’n ‘kleine’ film.
Regisseurs Tyler Nilson en Michael Schwartz werken al geruime tijd samen, maar maakten vóór deze film enkel korte films en documentaires. Volgens mij is deze film, naast onafhankelijk, ook met erg weinig geld gemaakt, en dat geeft de film – en de reis die onze ‘helden’ afleggen – ook juist een authentiek gevoel. Je voelt de passie overal vanaf druipen, en dat gebeurt bij een film met een kleiner budget natuurlijk ook eerder dan bij een verwachte blockbuster. Maar ze weten dus ook goed humor te gebruiken om af en toe onze interne ‘spanning’, die je voelt vanwege ‘incorrecte’ gedachtes bij zo’n onderwerp, weg te laten lachen. En daarin excelleert The Peanut Butter Falcon…
Final credits
De geweldige chemie tussen Gottsagen en LaBeouf is nóg een reden (en misschien wel al meer dan genoeg) om van The Peanut Butter Falcon zo’n geslaagde film te maken. Het is inmiddels al de meest opbrengende ‘American indie‘ van 2019, terwijl de film dus voor een appel en een ei is gemaakt, schijnbaar.
Dus dat de film nog geen anderhalf uur duurt en van mij wel iets meer ‘dramatisch vlees’ had mogen hebben (mogelijk zat dat wel in een paar van de weggeknipte ‘darlings‘?), dat mag je van mij ook wel afdoen als irritante jeuk van het dragen van dat eerdergenoemde kruis…