Never Rarely Sometimes Always (2020)

Never Rarely Sometimes AlwaysSow, als zo’n film op mij al zo’n indruk maakt, hoe stevig zal deze wel niet aankomen bij vrouwen/meiden die persoonlijk met abortus te maken hebben gehad? Waarbij ik overigens ook direct moet melden, dat Never Rarely Sometimes Always (de titel typen geeft me alweer licht kippenvel) een hele ‘kleine’ film is, waarin ogenschijnlijk helemaal niet zo veel gebeurt (beetje in lijn met The Assistant, al is dat een totaal andere film). Maar de kracht van deze ‘festival favorite‘ is vooral ook wat er níet gezegd wordt, en hoe de film daardoor in je hoofd aanweziger blijft. Beetje alsof je een documentaire hebt gekeken. Waardoor ik ook een klein beetje ‘vrees’, dat publiek dat ‘instant-vermaak’ wil, deze film saai zal vinden. Het drama wordt namelijk nergens extra aangezet, maar eerder juist beklemmend klein gehouden. Waardoor die 101 minuten die de film duurt juist zó voorbij vlogen, dat ik aan het eind vooral wilde weten: “Hoe nu verder..??

Het verhaal
De film opent met een prachtige scène, waarin we zien hoe – tijdens een talentenshow op een highschool – onze protagonist Autumn (Sidney Flanigan) direct gezet wordt. Deze scène roept ook meteen wat vragen op, maar juist door weinig te zeggen, toont regisseur Eliza Hittman dat ze de kracht van film goed door heeft. Meteen hierna zien we hoe Autumn in een niet al te ‘gezond’ gezin opgroeit. Haar (hopelijke stief-)vader is ontzettend lomp tegen haar, terwijl haar moeders aandacht vooral op haar jongere zusjes gericht is. Dat Autumn erg in zichzelf gekeerd is, lijkt daarom niet (enkel) door haar introverte karakter te komen. Al blijft ze wel de hele film zo ‘stil’, dat ik ook wel even aan Alexander Payne’s About Schmidt moest denken (waarbij ik toentertijd continu wilde roepen: “Kom op Jack, vertel nou eens wat je voelt man!“).

Autumn is echter ook nogal vaak misselijk, en een shot van hoe ze naar haar buik kijkt, is een voorbode voor wat deze 17-jarige meid niet veel later van de arts bij de lokale vrouwenkliniek hoort: ze is zwanger. Niks geen blijde verwachting, wat door het kijken van een christelijke anti-abortus-propagandafilm alleen maar wordt bevestigd. Autumn lijkt echter allang besloten te hebben dat ze het beste overleeft door zoveel mogelijk voor zichzelf te houden, dus haar moeder mag van niks weten. Nichtje Skylar (Talia Ryder), tevens collega-kassière bij een lokale supermarkt, heeft echter wel in de smiezen wat er aan de hand is, en zonder al te veel woorden vuil te maken, besluiten de meiden vanuit het plattelandsdorpje in Pennsylvania de bus naar New York te pakken, om daar snel en stiekem een abortus te laten uitvoeren. Maar die trip duurt wat langer dan ze (ook financieel) gepland hadden…

Never Rarely Sometimes Always-recensie: meanderende film met weinig dialogen, maar die zoveel meer te zeggen heeft...

Über-American indie
Ik voelde gewoon terughoudendheid in het schrijven van de twee alinea’s hierboven, want het prachtige aan deze film, is juist niet het plot. De film excelleert in het niet vergroten van het drama, ondanks dat er zeker wel gehint wordt naar veel heftiger drama. Maar net zoals Autumn dat allemaal lijkt te hebben opgekropt, krijgen wij daar als kijkers ook geen makkelijke antwoorden op. Maar juist daarom komen enkele scènes zo goed binnen (en/of blijven ze erg goed hangen), zoals de scène waarin de titel verklaard wordt. Dat was ook het moment dat ik me bewust werd van mijn positie als man, want ik kan me echt bijna niet voorstellen hoe eng realistisch deze film kan zijn voor meiden die dit echt meemaken. En nogmaals: de film houdt dit juist zo klein, dat mijn hoofd het misschien juist groter ging maken? Thematisch paste het trouwens ook wel goed, dat de twee meiden eigenlijk veel verdwaalder door New York (een stad in hun eigen land) rondlopen, dan ik me daar zelf ooit gevoeld heb. Wat ook weer een mooi contrast is, met hoe de meiden elkaar wel zo goed als woordeloos aanvoelen. Die onvoorwaardelijke band tussen die twee was indrukwekkend, culminerend in die ‘pinky lock‘ tijdens een scène met misschien wel de minst creepy man in de film. Maar ook deze Jasper (Théodor – The OA – Pellerin) voelt niet helemaal okay aan, terwijl dus eigenlijk alle mannen in de film (of in elk geval alle interacties met die mannen) ‘ongemakkelijk’ worden neergezet…

Crew & cast
Dat is overigens een duidelijke (en daarmee gedurfde) regiekeuze geweest, en één waar sommige mannen mogelijk niet positief op willen/kunnen reageren. Maar mogelijk ook wel een perfecte manier van regisseur Eliza Hittman om een herkenbaar gevoel van veel vrouwen te duiden. Ik vind dit dus lastig in te schatten, maar krijg al rillingen op m’n rug bij de gedachte dat dit voor zoveel vrouwen herkenbaar is. Waarmee de film dus ook een ontzettende urgentie heeft, en het wederom toont hoe belangrijk het is dat er veel meer gelijkheid komt in wie de verhalen vertelt, die wij allemaal te zien krijgen. Want ik besefte zelf ook pas bijna beschamend laat dat een gigantisch groot deel van wat ik in m’n leven gezien of gelezen heb, door (witte) mannen is gemaakt. Dus graag meer vertellingen door vrouwen, minderheden, et cetera. Dan krijg je namelijk prachtige, onverwachte, en inderdaad ook soms ongemakkelijke parels als deze.
Sidney Flanigan en Talia Ryder maken hier eigenlijk allebei hun speelfilmdebuut, waarbij Ryder wel al wat kortefilmcredits heeft (en volgend jaar ook te zien zal zijn in een bijrolletje als Jet in West Side Story). Het is daarmee ook wat lastig om hun acteerprestatie in te schatten, want mogelijk zijn ze wel vooral perfect gecast. Wat het beoordelen nóg lastiger maakt, is eigenlijk een geweldig compliment voor de film: het voelt dus best vaak bijna ’te echt’. Ik voelde ook echt wat zorghormonen opspelen gedurende de film. Autums moeder wordt overigens gespeeld door Sharon Van Etten, die Amerikaanse singer-songwriter, bij mij vooral bekend van haar hit Seventeen. Ik herkende haar overigens niet direct, mede ook, omdat ze niet in heel veel scènes te zien is. Qua acteren is Ryan Eggold het ‘bekendste’, vanwege z’n hoofdrol in de tv-serie New Amsterdam, of z’n bijrol in Spike Lee’s BlacKkKlansman. Zijn rol was overigens mogelijk wel de lompste, want hij speelt dus Autumns stiefvader. Dat wordt in de film overigens niet letterlijk gezegd, dus ik vroeg me vooral af: is hij als vader echt zo kwaadmakend ongeschikt, of speelde hij een wat archetypisch foute stiefvader (bijna zoals die stiefmoeder in Assepoester)?

Final credits
Never Rarely Sometimes AlwaysZoals je merkt: de film maakte behoorlijk wat indruk, en hoe meer ik ‘m laat bezinken, hoe duidelijker dat wordt. Maar dus zeker ook een film, die je de kans moet geven, want de film geeft je nergens makkelijke (lees: risicoloze) antwoorden. Misschien is het dus wel extra knap, dat ik tijdens de film vrijwel geen enkele keer op de tijd lette (iets dat ik normaliter best vaak doe). En een ‘leuke’ duiding van mijn conventionaliteit (of mijn opgroeien met moeder en twee zussen): ik vond dat ze voor twee meiden wel erg weinig kletsten met elkaar. Maar begrijp dat dat dus ook vooral bedoeld was om te tonen dat de film vooral over het stille lijden van veel meiden/vrouwen gaat, zeker als het gaat om een onderwerp waarin het patriarchaat misschien nog wel het duidelijkste aanwezig is: het zelfbeschikkingsrecht van vrouwen…

IMDb: https://www.imdb.com/title/tt7772582

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *