Rise of the Planet of the Apes (2011)
Ja, Andy Serkis is geweldig in z’n motion captured rol als Caesar, de chimpansee die uiteindelijk een groep apen aanvoert in hun poging te ontsnappen aan de mensen die hen gevangen houden. Maar hoe eng is het dat een voornamelijk computer generated karakter het interessantse karakter is in een film, met de meeste diepgang en dramatische ontwikkeling? Aan het eind van de film juichte zo’n beetje iedereen voor de apen. Zou de in Hollywood debuterende regisseur Rupert Wyatt (die lof oogstte met The Escapist) dat zo bedoeld hebben? Ik neem niet aan dat hij zo’n enorme natuurliefhebber is dat we mee moeten gaan in de gedachte dat wij als mensen écht verkeerd bezig zijn met deze planeet, en dat het misschien wel een goed idee is om een andere diersoort de touwtjes in handen te geven, toch?
Nee, ik ga alweer veel te ver in m’n zoektocht naar iets meer dan simpel vermaak in deze zomer-blockbuster. Maar het is en blijft opvallend dat het best uitgewerkte karakter in Rise of The Planet of The Apes een aap is. De overige (menselijke) karakters volgen de verplichte maar erg simpele plot- en karakterontwikkelingen, maar dat lag er allemaal zo dik bovenop dat het bijna irritant, bijna… Wetenschapper met ambitie vanwege een ziek familielid? Check. Mooie vriendin naar wiens zorgen niet geluisterd wordt? Check. Corporate bully die alleen aan winst maken denkt? Check. Een virus dat voor mensen wél dodelijk is maar voor chimpansees niet? Check.
Hey, wacht eens even..! Dat laatste is geen cliché; dat is rechtstreeks gekopieerd van een Discovery-documentaire die ik ooit zag over de verspreiding van HIV in Afrika, eind jaren 50 van de vorige eeuw. Bij een zoektocht naar een poliovaccin kwamen de wetenschappers erachter dat ze gemalen apen-nieren nodig hadden voor een medicijn, maar dat chimpansees een virus droegen waarvan ze niet wisten wat dat met mensen deed. Er werd daarom afgesproken om die nieren niet te gebruiken, ook al werkten die wel het beste. En laat nu net degene die uiteindelijk hét poliovaccin ontwikkelde (en daar de Nobelprijs mee won), wel stiekem chimpansee-nieren gebruikt hebben (volgens Discovery), en dat er ongeveer een jaar later op exact de plek waar de eerste polio-inentingen plaatsvonden met dit nieuwe vaccin ook de eerste HIV-gevallen bekend werden.
Okay, die zijstap is natuurlijk compleet overbodig, maar het was – naast de geweldige motion capture van Andy Serkis – voor mij wel het meest memorabele aan deze film. Want van alle acteurs zet Andy Serkis de beste prestatie neer. Ik begin me echter wel wat zorgen te maken over James Franco. Hij heeft veel talent, dat bewees hij al als James Dean in de gelijknamige TV-film uit 2001, of als Allen Ginsberg in die under the radar-verfilming van Howl. Vorig jaar was hij nog perfect gecast voor de hoofdrol in 127 Hours, maar hier lijkt ie net zo ongeïnteresseerd als tijdens het hosten van de Oscar-uitreiking. Heeft ie op de set van Pineapple Express en Your Highness misschien toch wat teveel wiet gerookt, en lukt ’t hem maar niet om uit die ‘slome roes’ te komen of zo?
Ook de eindscène van de film is erg knap gemaakt. Het probleem van Rise of The Planet of The Apes is echter dat er voor een simpele blockbuster te weinig actie in zit, maar voor een serieuze film, zoals Planet of the Apes uit 1968 was, zijn de serieuzere stukken gewoon veel te plichtmatig, simpel en niet genoeg doordacht. Natuurlijk zitten er (subtiele) hints naar de eerste film in, waarvan ik er één pas zojuist ontdekte (waarbij ik toch wel een licht euforisch gevoel kreeg ;)). Maar eigenlijk hadden ze die links er gewoon uit moeten laten, want je wilt toch geen simpele blockbuster-verklaring voor wat er vooraf ging aan die eerste film? Dat wordt in deze tijd in Hollywood nooit spiritueel interessant genoeg, dat lijkt me duidelijk.
Als je deze film gaat kijken, kijk ‘m dan wel in de bioscoop. Want zo’n zomer-blockbuster komt natuurlijk het beste tot z’n recht op het grote doek. Maar verwacht niks, dan is ie aardig te doen, vooral door de geweldige motion capture. Maar wees kritisch en wordt teleurgesteld, helaas…
Jij hebt kennelijk een hele andere ervaring gehad; ik vond ‘m mooi, en was erg positief verrast. Als groot fan van de originele films verwachtte ik flink wat ergernis en moedeloosheid te voelen, maar het bleek een film die zich in de sfeer van de originele films begeeft – met name vanaf ‘Beneath the planet of the apes’ (1970). Uiteraard mist de 60s en 70s charme en poezie, maar hij hanteert soortgelijke inhoudelijke elementen en stijl. Nooit verwacht van deze ‘moderne’ film.
Een van mijn op- en aanmerkingen is juist dat het acteren iets té goed/serieus was. De ‘Apes’ films begeven zich bijna in de campy sferen, wat een bijzonder doeltreffend contrast creëert naast de filosofische inhoud en grote entertainment-waarde. Met andere woorden, ik had ‘Rise’ graag een tikkeltje campier gehad… Maar, dat is precies waar niemand nu nog de ballen voor heeft in mainstream cinema. Alles moet zogenaamd ‘serieus’ (lees: risicoloos).
Het feit dat Caesar de meeste nadruk en betekenis krijgt vond ik juist het grootste pluspunt. Precies zoals Caesar in ‘Conquest of the planet of the apes’ (1972), erg mooi.
Wat wel absoluut aan de orde blijft is dat juist het mysterie van het origineel uit 1967, hoe is dit gebeurd, met deze film wordt ingevuld. Dat is absoluut niet van belang voor het origineel. Daarom zie ik ‘Rise’ als een waardig opvolger, omdat alle opvolgers in de serie dat element namelijk bevatten.
-Fabe